Les 3 - 5 vwo - periode 3

Welke drie hoofdbewegingen van platen zijn er?
1 / 36
volgende
Slide 1: Open vraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welke drie hoofdbewegingen van platen zijn er?

Slide 1 - Open vraag

Leg uit waarom er in de meeste gevallen vulkanisme ontstaat bij convergerende platen

Slide 2 - Open vraag

Pak je aantekeningenschrift erbij


= aantekeningen maken

Slide 3 - Tekstslide

De gesteentekringloop

Slide 4 - Tekstslide

§1.2


Welke drie soorten gesteente onderscheiden we?

Hoe ontstaan stollings- sediment en metamorfe gesteente?
Hoe werkt de gesteentekringloop?

Slide 5 - Tekstslide

Soorten gesteente
  • Sedimentgesteente
  •  Metamorf gesteente
  • Stollingsgesteente

Slide 6 - Tekstslide

Ontstaan
Sedimentgesteente:
  • Sediment wordt afgezet door de rivier / zee
  • Sediment plakt onder druk aan elkaar
  • Druk van bovenliggende sedimentpakketen


timer
3:00

Slide 7 - Tekstslide

Schema (komt later terug)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Sedimentgesteente:
  • Gelaagd
  • Vaak met fossielen
  • Oorspronkelijke sedimentdeeltjes kunnen zichtbaar zijn

Voorbeeld: 

Slide 10 - Tekstslide

Fossiel in sedimentgesteente

Slide 11 - Tekstslide

Ontstaan
Stollingsgesteente:
  • Magma/lava stolt (Veel warmte)
  • Basalt / Andesiet buiten de vulkaan
  • Graniet binnen in de aardkorst


Slide 12 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Stollingsgesteente:
  • Geen gelaagdheid
  • Geen fossielen
  • Mineralen zijn zichtbaar als aparte kristallen

Voorbeeld: 

Slide 13 - Tekstslide

Ontstaan
Metamorf gesteente:
  • Onder hoge druk en/of hoge temperatuur verandert gesteente van samenstelling


Slide 14 - Tekstslide

Uiterlijke kenmerken
Metamorf gesteente:
  • Helemaal gekristalliseerd
  • Geen holtes of barsten
  • Geen fossielen

Voorbeeld: 

Slide 15 - Tekstslide

Meneer Steen werd zo’n 500 miljoen jaar geleden geboren bij deze vulkaan:

Slide 16 - Tekstslide

       Schist                      Steenkool                 Marmer  
Metamorfose betekent gedaanteverandering.

Metamorf gesteente
ontstaat wanneer sedimentgesteente 
of stollingsgesteente onder hoge druk en/of temperatuur 
worden omgevormd tot een ander gesteente.       

     


Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld marmer

Let op, de druk wordt
steeds groter!


Schelpen > Kalksteen > Marmer

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld leisteen

Let op, de druk wordt
steeds groter!


Klei > Schalie > Leisteen

Slide 19 - Tekstslide

Klei
Schalie
Schist
Leisteen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Sedimentgesteente    Metamorf gesteente    Stollingsgesteente

De uiterlijke kenmerken weerspiegelen de ontstaanswijze:
- sedimentatie > wegzakken > samenpersen
- magma/lava > stolt
- Door hoge druk en temperatuur weinig zichtbaar
               
                         

Slide 22 - Tekstslide

Opgelet?

Slide 23 - Tekstslide

Graniet is een voorbeeld van ......
A
een sedimentgesteente
B
een stollingsgesteente
C
metamorfgesteente

Slide 24 - Quizvraag

Wat voor soort gesteente is Leisteen?
A
Metamorf gesteente
B
Stollingsgesteente
C
Sedimentgesteente

Slide 25 - Quizvraag

Uitleg: Gesteentekringloop. versimpelde weergave van de werkelijkheid

Of zelfstandig (in stilte) werken: 

Slide 26 - Tekstslide

 De gesteentekringloop
-

Slide 27 - Tekstslide

We gaan vandaag eens kijken naar het levensverhaal
van meneer Steen. 

Slide 28 - Tekstslide

Nadat Meneer Steen is afgekoeld, noemen we hem een stollingsgesteente.



Slide 29 - Tekstslide

Hier zie je meneer Steen tussen zijn familie:

Meneer Steen vindt het wel best rustig onderdeel van deze berg uit te maken… 

Slide 30 - Tekstslide

Maar helaas, de zon, neerslag en ijs gooien roet in het eten….!  

  • Meneer Steen valt door al al deze krachten uiteen…
  • = verwering

Slide 31 - Tekstslide

  • In de rivier zorgt hij voor erosie: hij schuurt hard gesteente af/uit.
  • Uiteindelijk wordt het materiaal afgezet in de oceaan → sedimentatie 

De stukjes meneer Steen komen in een rivier terecht.

Slide 32 - Tekstslide

Er vindt veel sedimentatie plaats in de oceaan..

  • Het afgezette materiaal wordt samengeperst en er ontstaat een nieuw gesteente, namelijk een sedimentgesteente

Slide 33 - Tekstslide

De sedimentatie blijft doorgaan en er komen steeds meer zware lagen gesteente boven meneer Steen te liggen…

  • meneer Steen komt dichter bij het warme magma te liggen. 

Slide 34 - Tekstslide

Meneer Steen heeft het heet. Het grote gewicht boven meneer Steen zorgt ook voor een zware druk op hem. 

  • Hierdoor gaat hij veranderen en ontstaat er een metamorf gesteente.

Slide 35 - Tekstslide

De gesteentelaag waarin meneer Steen komt in een subductie-zone terrecht:

  • Op een diepte van zo’n 100 km begint meneer Steen te smelten

  • Na verloop van tijd begint zijn leven opnieuw… 

  • Dit verhaal van meneer Steen is een voorbeeld van de gesteentekringloop.

Slide 36 - Tekstslide