In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
V3 H1.4 PH
Denk al eens na:
Wat is het tegenovergestelde van zuur?
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag
Uitleg pH
Tips voor de toets
Zelf aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Wat de pH van een oplossing is en hoe je die kunt bepalen.
Slide 3 - Tekstslide
pH waarde
pH waarde zegt iets over de "zuurgraad" van water.
Zonder juiste pH-waarde is het niet fijn zwemmen.
Daarom moet je altijd de pH-waarde van je zwembad meten en aanpassen
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
De pH-schaal gaat van 0 tot 14
Slide 6 - Tekstslide
Zuiver Water is neutraal
Een neutrale oplossing is niet zuur en niet basisch. Een neutrale oplossing is niet schadelijk.
Een oplossing met een te lage pH (zuur) of met een te hoge pH (base) hebben een bijtende werking en tasten je huid aan.
Slide 7 - Tekstslide
Wat is zuur ?
Een zure oplossing smaakt zuur en kan bijtend voelen op je huid. De zuurgraad (pH-waarde) geeft aan hoe zuur een oplossing is. Zuur: pH < 7 en is geschikt om kalkresten te verwijderen.
Slide 8 - Tekstslide
Wat is basisch?
Een basische oplossing smaakt zeepachtig en voelt glibberig.
Basisch is het tegenovergestelde van zuur. Hoe basischer des te hoger de pH. Geschikt om vetresten te verwijderen.
Base: pH > 7 en < 14
Slide 9 - Tekstslide
PH Meten
De pH kun je meten met pH-papier. Dit papier verkleurd afhankelijk van de pH-waarde. In het papier zit een indicator die verkleurd. Een indicator is een stof waarmee je andere stof kunt aantonen.