1.3 Werkplaats van de wereld (1750-1900) - poort lyceum

Werkplaats van de wereld (1750-1900)

1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Werkplaats van de wereld (1750-1900)

Slide 1 - Tekstslide

In paragraaf 1.3 leer je:

- Welke sociaaleconomische ontwikkelingen door de industriele revolutie plaatsvonden in Groot-Brittannie
- Hoe de economie in Brits-Indië hierdoor werd beïnvloed 
- hoe de industrialisatie het imperialisme bevorderde.


Slide 2 - Tekstslide

Uit de syllabus
Het bezit van koloniën vergrootte de economische voorsprong die Groot-Brittannië in de 18e en 19e eeuw nam op andere landen. In de tweede helft van de 18e eeuw ontstond in Groot-Brittannië de industriële revolutie. Deze werd mogelijk door uitvindingen zoals de Spinning Jenny en de stoommachine. Door verbeteringen in de landbouw en door ziektebestrijding groeide de bevolking en nam de vraag naar goederen en het aanbod van goedkope arbeid toe.

Slide 3 - Tekstslide

Welke kenmerkend(e) aspect(en)passen bij dit deel van de syllabus?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Hoe veranderde de economie en samenleving in GB tussen 1750 - 1900 ?

Veranderingen vanaf 1750:
- Uitvinding stoommachine en Spinning Jenny
- Bevolkingsgroei > verbetering landbouw (meer oogst) en ziektebestrijding
- Verbetering transport (spoorwegen en kanalen> betere aan en afvoer van grondstoffen en steenkool) 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe veranderde de economie en samenleving?
Gevolg én oorzaak van de veranderingen > Industrialisatie
Gevolg van industrialisatie:
- mensen trekken naar steden ipv platteland
- industrieel kapitalisme ipv handelskapitalisme
Industriëlen krijgen meer invloed op samenleving : liberale ideeën, zoals de Reform Bill > uitbreiding mannenkiesrecht en invloed steden

Slide 10 - Tekstslide

Uit de syllabus
Ondernemers investeerden winsten uit de koloniën in industrie en transport in Groot-Brittannië, waar eerst vaarwegen en daarna spoorwegen werden aangelegd. Grondstoffen, met name katoen, kwamen uit de koloniën in het Caribische gebied, uit de Verenigde Staten en uit India. Daarnaast werd vooral India in de loop van de 19e eeuw een steeds belangrijkere
afzetmarkt voor de katoenindustrie. De Britse markt werd gevoelig voor gebeurtenissen op mondiaal niveau. 

Slide 11 - Tekstslide

Welke kenmerkend(e) aspect(en)passen bij dit deel van de syllabus?

Slide 12 - Open vraag

Hervormingen
 1832: Reform Bill
- districtenstelsel wordt aangepast
- mannenkiesrecht wordt uitgebreid (1867 en 1885)

1833: Factory Act
- nachtwerk verboden voor kinderen
- werkdag voor vrouwen en kinderen inkorten tot 10 uur (1847)

Slide 13 - Tekstslide

Industrie en Imperialisme

Industrialisatie werd bevorderd door kolonialisme:
- investeringen en winst uit de koloniën werd geïnvesteerd in industrie en transport in GB
- koloniën leverden (bijna gratis) grondstoffen
- koloniën waren extra afzetgebieden
- Londen werd het financiële hart van de wereld
- vrijhandel mbv marine
- ontdekking nieuwe katoenen kleding

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Uit de syllabus
Door de industrialisatie veranderde het handelskapitalisme in industrieel kapitalisme. Ondernemers streefden naar een liberale markteconomie met vrijhandel en een kleine rol voor de overheid, ook binnen het Britse wereldrijk. Om die vrijhandel af te dwingen zetten Britten
desnoods de marine in, ook in gebieden die niet direct gekoloniseerd waren. 

Slide 18 - Tekstslide

Welke kenmerkend(e) aspect(en)passen bij dit deel van de syllabus?

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Uit de syllabus
De Ondernemers wilden meer politieke invloed. Die kregen zij met de Reform Bill in 1832. De industrialisatie leidde tot de vorming van nieuwe sociale klassen. Fabrieksarbeiders leefden en werkten onder slechte omstandigheden in snelgroeiende steden en kwamen in protest. De overheid greep aanvankelijk niet in, maar probeerde vanaf 1833 met de Factory Acts excessen
te voorkomen. Mede onder invloed van mensen als Robert Owen wisten arbeiders via vakbonden meer rechten af te dwingen. 

Slide 21 - Tekstslide

Welke kenmerkend(e) aspect(en)passen bij dit deel van de syllabus?

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Uit de syllabus
Fabrikanten investeerden ook in winstgevende projecten in de koloniën. Londen werd het financiële hart van de wereld. De eerste wereldtentoonstelling in 1851 liet zien dat Groot-Brittannië de werkplaats van de wereld.
Na 1870 kreeg de Britse industrie te maken met groeiende concurrentie van de Verenigde Staten en Duitsland. Op zoek naar nieuwe markten breidden de Britten hun wereldrijk aan het einde van de 19e eeuw nog verder uit. Rond 1900 heerste Groot-Brittannië over een kwart van de wereldbevolking. 

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Great Exhibition 1851

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Verdere uitbreiding wereldrijk 1900, mede door concurrentie VS 

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Gevolgen van de I.R voor India
Vanaf 1800:
-Plantages voor verbouw ruwe katoen en jute
Britse textielindustrie
- Plantages voor verbouw thee voor wereldwijde markt
- Afzetmarkt voor Britse, wereldwijde textielindustrie > Indiase markt stort in
- Transport en communicatierevolutie

Slide 41 - Tekstslide

Katoen
  • Katoen beter dan wol
  • Vrij verhandeld, in India zonder importtarieven

Slide 42 - Tekstslide

Transport

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Telegraaf

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Tropenmedicijnen

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Tekstslide

Slide 51 - Tekstslide