6. Tijd van regenten en vorsten paragraaf 1 en 2

H6 Regenten en vorsten
6.1 Oriëntatie 
6.2 Krachtige koningen
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 144 min

Onderdelen in deze les

H6 Regenten en vorsten
6.1 Oriëntatie 
6.2 Krachtige koningen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel: 
Aan het einde van deze lessenserie kun je aangeven welke kenmerken aspecten belangrijk zijn en kan je deze uitleggen.
absolutisme: hoe en wat? 
Welke vormen van bestuur zijn er in Europa?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

steden en staten 
Ontdekkers en hervormers
regenten en vorsten
Sleep kenmerkende aspecten naar het juiste tijdvak.
Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van de Nederlandse staat.
Het streven van vorsten naar absolute macht.
Het begin van staatsvorming en centralisatie.
De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in Europa tot gevolg had.
De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden.

Slide 4 - Sleepvraag

Kenmerkende Aspecten
Het streven van vorsten naar absolute macht.
De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.
Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
De wetenschappelijke revolutie.

Slide 5 - Tekstslide

Het streven van vorsten naar absolute macht.
  • In Frankrijk was de centralisatiepolitiek verder uitgewerkt en eindigt in absolutisme.
  • Absolutisme= De koning beslist alles: droit divin
  • Niet overal het geval: Nederlanden en Engeland!

Slide 6 - Tekstslide

De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek.
  • Unieke staatsvorm in de wereld!
  • Gewesten waren zelfstandig en Staten-Generaal bepaalde het buitenlandse beleid.
  • Regenten!
  • Stapelmarkt
  • Grote groei en ontwikkeling in schilderkunst

Slide 7 - Tekstslide

Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van een wereldeconomie.
  • Handelskapitalisme door de VOC (1602)
  •  wereldeconomie
  • WIC (1621) Kaapvaart

Slide 8 - Tekstslide

 De Wetenschappelijke Revolutie
  • Republiek was tolerant
  • empirisme 

Slide 9 - Tekstslide

Welk onderdeel heeft de meeste aandacht nodig en waarom?

Slide 10 - Open vraag

Absolutisme. Waar denk je het eerste aan?

Slide 11 - Woordweb

Frankrijk 18e eeuw
Absolutismealle macht bij de koning.
Droit divin: Goddelijk recht om te heersen

Standensamenleving: 


Slide 12 - Tekstslide

Frankrijk: Hoe is het absolutisme ontstaan?
KA: Het streven van vorsten naar absolute macht
Karel V (Spanje) is een bedreiging voor Frankrijk. Dus: steun aan de protestanten in het Duitse Rijk.
In Frankrijk zelf zijn ook protestanten: Calvinisten: Hugenoten.
Deze verdeeldheid zorgt voor veel problemen.
Karel IX laat zijn zusje trouwen met een belangrijke hugenoot: Hendrik van Navarra: gevolg: Bloedbruiloft.
Maar Karel IX gaat dood zonder mannelijke nazaten en Hendrik van Navarra wordt de nieuwe koning.

Slide 13 - Tekstslide

Hendrik van Navarra
1598 Edict van Nantes: gewetensvrijheid, recht op uitoefening van geloof. Gevolg: Sommige steden werden protestants.
Belastingen werden hervormd.
Meer macht naar hem i.p.v.  de adel.

Slide 14 - Tekstslide

Het Edict van Nantes hield in dat...
A
Hugenoten geen vrijheid hadden in Frankrijk
B
Hugenoten wel vrijheid hadden in Frankrijk
C
Fransen alleen katholiek mochten zijn

Slide 15 - Quizvraag

Lodewijk XIV=absolutisme
1661 Koning droit divin zonnekoning.
Bestuur: Nieuwe ministers en bestuurders: lage adel
Economie: Mercantilisme
Militair: beroepssoldaten: geen adel
Adel: verplicht in Versailles wonen
Religie: 1685 Edict van Nantes afgeschaft. Iedereen katholiek
Wetenschap: koninklijke academies

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Welke uitspraak past bij het absolutisme?
A
Samen zullen wij overwinnen.
B
De staat, dat ben ik.

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het Droit Divin?
A
Het volk wijst de vorst aan
B
God wijst de vorst aan

Slide 19 - Quizvraag

Het absolutisme werkte door op verschillende terreinen. Waar hoort elk terrein bij? Sleep ze naar de juiste uitwerking van het absolutisme.
Droit divin
De koning maakt alle beslissingen.
Mercantilisme
Opbouw van een permanent leger
Politiek
Militair
Economisch
Cultureel

Slide 20 - Sleepvraag

De rest van Europa?
In Spanje: Koningen
In Oostenrijk: Keizer
In Rusland: Tsaar (Romanov familie).
In de Nederlanden: Republiek
Maar in Groot-Brittannië?
Na de 100 jarige oorlog in de ME moet de koning toestemming vragen aan het parlement.
Daarnaast bepaalt de koning het geloof: godsdienstoorlogen! De ene koning is katholiek de andere protestants (anglicaans).

Slide 21 - Tekstslide

Glorious Revolution in Engeland

  • Parlement beperkt macht koning (Magna Carta, 1215)
  • vooral burgerij en lage adel invloedrijk door economische macht
  • wel strijd met hoge adel/koning > 
  • burgeroorlog (1642-49) > Karel I onthoofd (!!) 
  • Jacobus II (katholiek en absoluut): verjaagd (parlement)
  • met steun van (protestantse) Willem van Oranje III (1688)
  • was getrouwd met Maria Stuart (dochter Jacobus) > 
  • stadhouder Republiek werd koning van Engeland: constitutioneel monarch

Slide 22 - Tekstslide

Peter de Grote
Lodewijk XIV
Frederik Willem I
Willem III
Engeland
Rusland
Pruissen
Frankrijk
Wel absolutisme
Wel absolutisme
Wel absolutisme
Geen absolutisme

Slide 23 - Sleepvraag

Leerdoel: 
Aan het einde van deze lessenserie kun je aangeven welke kenmerken aspecten belangrijk zijn en kan je deze uitleggen.
absolutisme: hoe en wat? 
Welke vormen van bestuur zijn er in Europa?

Slide 24 - Tekstslide

Noem 3 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Slide 25 - Open vraag

Welk onderdeel heeft meer uitleg nodig?

Slide 26 - Open vraag