In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
HB Hoofdstuk 1 & 2
Slide 1 - Tekstslide
Kenmerkende aspecten - welk woord weg
08. De ontwikkeling van het ........?........ en ........?....... als de eerste monotheïstische godsdiensten 14. De opkomst van stedelijke burgerij en de.............?..................
15. Het begin van ............?........... en.........?...........
Ken je ze nog?!
Slide 2 - Tekstslide
Wat hoort bij welk geloof?
Christendom
Islam
Jodendom
monotheïstisch
Kruistocht
Moskee
Oudste geloof
Ontstaan in oudheid
Jezus belangrijkste profeet
Ontsaan in middeleeuwen
Slide 3 - Sleepvraag
Wat is de overeenkomst tussen het jodendom, christendom en de islam?
A
Monotheïstisch geloven
B
Allen ontstaan in de oudheid
C
Polytheïstisch geloven
D
Allen ontstaan in de Middeleeuwen
Slide 4 - Quizvraag
Kenmerkend aspect
De ontwikkeling van het Jodendom en christendom als de eerste monotheïstische godsdiensten
Ontstaan:
Jodendom (+/- 3000 v. Chr)
Christendom (1e eeuw n. Chr)
Islam (7e eeuw n. Chr)
Slide 5 - Tekstslide
Door landbouw innovaties (vroege ME) --> verhoogde opbrengsten die verkocht werden --> Opkomst van handel en ambacht, opnieuw ontstaan van de landbouw -->
stedelijke samenleving
Opkomst van de stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden. (stadsrechten)
Steden en Staten (1000-1500)
Slide 6 - Tekstslide
Stadsrechten
De Heer gaf steden stadsrechten
Stad met stadsrechten mocht:
Zelf de stad besturen
Eigen wetten maken
Stadsmuur bouwen
Eigen leger hebben
Rechtspraak zelf doen
Eigen munten slaan
Slide 7 - Tekstslide
Kenmerkend aspect
De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
Late Middeleeuwen (1000-1500)
Slide 8 - Tekstslide
Welke kenmerken van de afbeelding passen bij het KA: stedelijke burgerij en toenemende zelfstandigheid van steden?
Slide 9 - Open vraag
van leenstelsel
naar centralisatie
Slide 10 - Tekstslide
Centralisatie:
Het streven van vorsten om hun gebied vanuit een punt (een hoofdstad) te besturen. Dit zorgt ervoor dat in het hele land dezelfde wetten en belastingen geldt (uniformering)
Slide 11 - Tekstslide
Centralisatie vs particularisme
Slide 12 - Tekstslide
Waarom kwamen leenmannen in verzet tegen centralisatie?
Slide 13 - Open vraag
De Nederlanden
Late middeleeuwen
Welk probleem rondom centralisatie doet zich in de vroeg moderne tijd in de Nederlanden voor?
Slide 14 - Tekstslide
= staatsvorming
Slide 15 - Tekstslide
Elementen die horen bij centralisatie staatsvorming?
Eén centrale hoofdstad waaruit wordt bestuurd
Overal geldige wetten en nationale belastingen
Betaalde ambtenaren op basis van kwaliteit ipv afkomst
Huursoldaten ipv leenmannen (ridders)
Een parlement
Afspraken met de edelen of goede relatie met de edelen
Slide 16 - Tekstslide
Kenmerkend aspect
Het begin van staatsvorming en centralisatie
Late Middeleeuwen (1000-1500)
Slide 17 - Tekstslide
Kenmerkende aspecten - welk woord weg
08. De ontwikkeling van het Jodendom en ....?....... als de eerste ......?....... godsdiensten 14. De opkomst van stedelijke .....?...... en de toenemende zelfstandigheid van....?.....
15. Het begin van ..........?......... en ...?......