Herhaling present simple + continuous

What are we doing today?

> Herhaling present simple + continuous
> Oefenen!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

What are we doing today?

> Herhaling present simple + continuous
> Oefenen!

Slide 1 - Tekstslide

Starter

Slide 2 - Tekstslide

Spreekopdracht 😁
> We gaan om de beurt een van de volgende vragen beantwoorden. Je beantwoordt in een volledige zin, niet een woord.
>Wanneer jij de vraag hebt beantwoord, kies je een van de vragen en stel je die aan je buurvrouw/buurman en zo gaan we de klas rond. Iedereen komt aan de beurt!
> Lees even de vraag voor jezelf door. 

Slide 3 - Tekstslide

Spreekopdracht
> How many people are there in your family?
> What hobbies do you have, and which one is your favourite?
> What do you want to be when you grow up?
> Where do you want to live and why? 
> What is your favourite holiday and why? 

Slide 4 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van de present simple en present continuous?

Slide 5 - Woordweb

Preset simple

Onvoltooid tegenwoordige tijd.
Je gebruikt deze tijd bij feiten en gewoontes.

I go to school. 
They play football. 
She thinks about him. 
The dog runs to the ball. 
Present Continuous

De vorm gebruik je als iets aan de gang is op het moment dat je erover spreekt of schrijft.
Iets gebeurt dus op dit moment.

I am reading a book right now.
She is walking towards you at the moment. 



Slide 6 - Tekstslide

To be 

To have
I
am
we
are
you
are
you 
are
he/she/it
is
they
are
I
have
we
have
you
have
you 
have
he/she/it
has
they
have

Slide 7 - Tekstslide

Present Simple
Hele werkwoord (zonder 'to')
-s achter werkwoord bij he/she/it 

Let op: kun je het woord vervangen door he/she/it? (Bijv.: my mother, Susie of Jack) Dan komt er ook een -s achter het
Let op!
-s achter werkwoord? De spelling verandert als het werkwoord eindigt op medeklinker+ -y

study - studies
copy - copies 

Slide 8 - Tekstslide

I
you
she
h
it

we 
you 
they 
walk 
walk 
walks 
walks
walks

walk
walk
walk
De SHIT-Regel 

Slide 9 - Tekstslide

He (to like) tea.
A
like
B
likes

Slide 10 - Quizvraag

I (to sleep) on the couch.
A
sleep
B
sleeps

Slide 11 - Quizvraag

You ____ a nice person
A
is
B
are
C
am

Slide 12 - Quizvraag

My sister (to study) in the morning.
A
study
B
studies

Slide 13 - Quizvraag

Present continuous
am / are / is + werkwoord + ing

He is walking at the moment.

Slide 14 - Tekstslide

Let op!

Als het werkwoord eindigt op een -e, dan laat je deze weg als je -ing toevoegt.

to bake - I'm baking
Let op!

Als het werkwoord één lettergreep heeft en eindigt op een klinker + medeklinker verdubbel je de laatste medeklinker.

to hit - hitting
to run - running

Slide 15 - Tekstslide

Look! The leaves (to fall).
A
fall
B
falling
C
are falling
D
is falling

Slide 16 - Quizvraag

We ___ English class right now.
A
have
B
are having
C
is having

Slide 17 - Quizvraag

When ___ for vacation?
A
are we leave
B
are we leaving
C
we leaving
D
we leave

Slide 18 - Quizvraag

> I walk, he walks
> I am walking
> He isn't doing.                                                               
> I don't go/ She doesn't go
> Do you go?/ Does she go? 
> Are you eating?
Present simple
Present continuous
present simple
present continuous
present simple
present continuous

Slide 19 - Sleepvraag

Present simple
Present continuous
They are feeding the animals.

Slide 20 - Sleepvraag

Present Simple
Present Continuous
He drinks water in the morning

Slide 21 - Sleepvraag

deze moet je slepen ^
Present simple
Present continuous
Rebecca is watching Netflix.

Slide 22 - Sleepvraag

Present Simple
Present Continuous
Sssst...the teacher is talking.

Slide 23 - Sleepvraag

Extra oefenen?
> Present simple, klik hier
> Present continuous, klik hier

Slide 24 - Tekstslide