week 6 Centraal Examen Nederlands introductie

Introductieles: Centraal Examen Nederlands
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Introductieles: Centraal Examen Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Wanneer CE?
Deze les:
  • Planning
  • Uitleg CE NL 
  • Berekening
  • Woordenlijst examenvragen
  • Klassikale luisteroefening
  • Zelfstandig verder
4CW3D: di 18 maart,
11.15 uur - 13.30 uur

4CW2D: do 20 maart,

4LM1V: ma 14 april, 
8.30 uur - 10.45 uur

2ST1D/2LS1D: wo 16 april,
8.30 uur - 11.15 uur
 
 

Slide 2 - Tekstslide

Je moet deze periode een centraal examen maken. Wat is waar?
A
Je mag geen woordenboek gebruiken.
B
Het centraal examen wordt klaargezet door je docent.
C
Sommige studenten hebben recht op extra tijd.
D
Voor elke herkansing moet je betalen.

Slide 3 - Quizvraag

Je moet een centraal examen maken. Wat is niet waar?
A
Hoe meer woorden je kent, hoe meer je begrijpt
B
Voor lezen en luisteren krijg je één cijfer.
C
Bij niveau 2 krijg je bij het CE een bonuspunt.
D
Lezen is moeilijker dan luisteren.

Slide 4 - Quizvraag

Wat houdt het CE in?
- Lezen én kijken en luisteren:
Meestal 3 of 4 leesteksten en 3 of 4 luister/kijkfragmenten
- Dit examen maak je op de computer
- 90 minuten (2F) en 120 minuten (3F)
- Je krijgt één cijfer voor beide onderdelen en dit telt voor 50% mee met het eindcijfer

Slide 5 - Tekstslide

Berekening cijfer Nederlands
IE Schrijven + IE Spreken + IE Gesprekken voeren
                     3                          = ...

Gemiddelde IE + Cijfer CE Lezen/Luisteren
                      2             = Cijfer NL 
                              (+ 1 bonuspunt voor 2F)


Slide 6 - Tekstslide

Wat moet je kunnen en kennen voor het CE?
- Tekstdoel (begrijpen)
- Hoofd- en bijzaken (begrijpen)
- De opbouw van een tekst (evalueren)
- Feiten en meningen (begrijpen)
- Bedoelingen herkennen (interpreteren)
- Informatie toepassen (begrijpen en interpreteren)
- Tussenkopjes kiezen (begrijpen en interpreteren) 
- Een tekst samenvatten (hoofd- en bijzaken!)

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Maak een goede zin met het woord "aanleiding"

Slide 9 - Open vraag

Maak een goede zin met het woord "benadrukken" erin (of een vorm ervan)

Slide 10 - Open vraag

Maak een goede zin met "onderbouwen" erin
(of een vorm ervan)

Slide 11 - Open vraag

2F: Luistertekst klassikaal oefenen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

3F: Luistertekst klassikaal oefenen

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Zelfstandig verder oefenen in:
niveau 2F: oefenen.facet.onl/verhuisd.html
> MBO Nederlands 2F 2020-2021 Oefenexamen vanaf vraag 29 tot einde

niveau 3F: zie hierboven
> MBO Nederlands 3F 2020-2021 Oefenexamen vanaf vraag 36 tot einde

Slide 16 - Tekstslide

Vanaf vandaag iedere les Nederlands meenemen:

Slide 17 - Tekstslide