PTA thema 1 - 7 bespreken GL

PTA thema 1 -7 bespreken
3 GL
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

PTA thema 1 -7 bespreken
3 GL

Slide 1 - Tekstslide

Als een axolotl een poot verliest, groeit er op die plek vrijwel direct een klompje cellen. Alle cellen in dit klompje hebben dezelfde bouw. Vanuit dit klompje cellen groeit vervolgens een nieuwe poot, compleet met huid, spieren en bloedvaten.
Bestaat het klompje cellen uit één type weefsel? En bestaat de nieuwe poot uit één type weefsel?
A
geen van beide
B
alleen het klompje cellen
C
het klompje cellen en de nieuwe poot
D
het klompje cellen en de nieuwe poot

Slide 2 - Quizvraag

Weefsel - Orgaan - Organisme
  • Een weefsel is opgebouwd uit 1 type cel. Dus die zijn altijd hetzelfde.
  • Een poot bestaat uit botten, huid, spieren, bloedvaten. Dit zijn allemaal verschillende soorten cellen.

Slide 3 - Tekstslide

Anticonceptie
Mannen en vrouwen die geen kinderen willen, kunnen verschillende middelen gebruiken om een zwangerschap te voorkomen. Enkele van die middelen zijn: het condoom, de anticonceptiepil en het spiraaltje. Wetenschappers werken eraan om de keuze aan voorbehoedmiddelen uit te breiden.
In de tekst worden enkele veel gebruikte voorbehoedmiddelen genoemd.

Noteer een andere betrouwbare manier waarop zowel mannen als vrouwen ervoor kunnen zorgen dat ze geen kinderen krijgen.

Slide 4 - Open vraag

Goed lezen!
Er staat ZOWEL mannen als vrouwen.
Dus bedenk iets wat ze allebei kunnen doen.

Slide 5 - Tekstslide

draagmoederschap
Als de vrouw niet zwanger kan zijn door bijvoorbeeld een verwijderde baarmoeder (kanker) dan is een draagmoeder een mogelijkheid.

Een andere vrouw 'draagt' de baby. Bevruchting vindt plaats door IVF en het embyro van de ouders wordt in de baarmoeder van de draagmoeder geplaatst. In NL mag hier geen geld voor worden gevraagd/ gegeven. 

Slide 6 - Tekstslide

Draagmoeders
In een krant stond het volgende bericht:
Na een reeks schandalen heeft het Thaise parlement vandaag het betaalde draagmoederschap verboden. Steeds vaker zoeken buitenlandse paren een Thaise vrouw om voor hen een kind te dragen. Vooral één zaak zorgde voor verontwaardiging. Het paar nam wel het gezonde meisje mee, maar liet haar tweelingbroertje met het syndroom van Down bij de draagmoeder achter.


Slide 7 - Tekstslide

Dus van wie komen de genen van het gezonde meisje en het jongetje met het syndroom van Down?

Meerder antwoorden mogelijk...
A
Buitenlandse man
B
Buitenlandse vrouw
C
Draagmoeder

Slide 8 - Quizvraag

Hemofilie is een erfelijke ziekte waarbij het bloed niet goed stolt. Het gen dat deze ziekte veroorzaakt, is recessief en ligt op het X-chromosoom.

Hoeveel procent van de zaadcellen van een man met hemofilie bevat het gen voor deze ziekte?
A
0%
B
25% of 75%
C
50%
D
100%

Slide 9 - Quizvraag

De ziekte zit alleen op het X chomosoom

Slide 10 - Tekstslide

De man bepaalt het geslacht.
De theoretische verdeling is 50%/50% 

Slide 11 - Tekstslide

Rondom de lens achter de pupil bevindt zich een spier die het accommoderen regelt. Als atropine in de ogen wordt gedruppeld, ontspannen deze spieren zich. De lenzen worden dan zo plat mogelijk.

Heeft dit gevolgen voor het scherp zien?
A
nee
B
Ja, je kan daardoor dichtbij niet meer scherp zien.
C
Ja, je kan daardoor veraf niet meer scherp zien.
D
Ja, je kan daardoor zowel dichtbij als veraf niet meer scherp zien.

Slide 12 - Quizvraag

accomoderen
Spier is ontspannen de lens is plat.

Slide 13 - Tekstslide

Bij kinderen die vaak last hebben van een middenoorontsteking wordt in het trommelvlies een buisje geplaatst.
Je ziet een trommelvlies zonder en een trommelvlies met buisje.
Leg uit waardoor kinderen met buisjes in hun trommelvliezen minder oorpijn hebben bij een middenoorontsteking dan kinderen zonder deze buisjes.

Slide 14 - Open vraag

Middenoorontsteking
In de tekst op de bladzij daarvoor stond:
Jens heeft een middenoorontsteking. Deel R zit daardoor vol vocht en ziekteverwekkers. Deze ziekteverwekkers zijn via de buis van Eustachius in deel R terechtgekomen.

Deel R is achter het trommelvlies.
Door de buisjes kan de ontsteking met vocht en bacterien het middenoor verlaten, waardoor er minder druk is en dus minder pijn.

Slide 15 - Tekstslide

In de afbeelding hieronder staan vier manieren getekend waarop de voet kan bewegen.
Welke tekening geeft de beweging weer die de voet maakt als de achillespees omhoog getrokken wordt


A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 16 - Quizvraag

Kuitspier
De achillespees verbind de kuit met het hielbeen.
Als de kuitspier zich aanspant dan strekt de voet zich.

Slide 17 - Tekstslide

Melatonine
Wetenschappers onderzoeken de invloed van cafeïne op de productie van melatonine in zwak licht en in fel licht. Ze voeren het onderzoek uit met een groot aantal proefpersonen, zes uur voordat die normaal naar bed zouden gaan.
De proefpersonen zitten in zwak licht of in fel licht en krijgen ieder een pil met cafeïne of eenzelfde pil zonder cafeïne:
groep 1: zit in zwak licht en krijgt een pil zonder cafeïne
groep 2: zit in zwak licht en krijgt een pil met cafeïne
groep 3: zit in fel licht en krijgt een pil zonder cafeïne
groep 4: zit in fel licht en krijgt een pil met cafeïne
De wetenschappers geven de resultaten weer in een diagram.

Slide 18 - Tekstslide

De resultaten in de groepen 1 en 3 worden met elkaar vergeleken.
Hoeveel uur later vindt de melatonine stijging plaats bij groep 3 dan bij groep 1?


A
1
B
1,3
C
1,5
D
2,0

Slide 19 - Quizvraag

Vergelijk groep 1 en 3.
Groep 3 is meer dan 1,5 en minder dan 2,0. Dus 1,8
Groep 1 is minder dan 0,5, dus 0,3.
1,8 - 0,3= 1,5 uur later

Slide 20 - Tekstslide

Leg uit dat je uit het diagram kunt afleiden dat de invloed van cafeïne in zwak licht groter is dan in fel licht.

Slide 21 - Open vraag

Leg uit dat je uit het diagram!!!

Dus kijk naar diagram en je ziet dat er tussen groep 1 en 2 (donker) meer tijd zit, dan tussen groep 3 en 4 (licht). 

Slide 22 - Tekstslide

Reken vraag
Wat is de BMI van Chantal? En tot welke gewichtsklasse behoort ze?

Twee vragen in 1. Denk aan de haakjes!!!!

Slide 23 - Tekstslide