Valpreventie: versie voor student

VVT LEERJAAR 2
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

VVT LEERJAAR 2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Leerdoelen
  • Je weet wat het doel is van valpreventie
  • Je weet het belang van het melden van een valincident
  •  Je weet de risicofactoren van valincidenten
  • Je weet de risico's op vallen te inventariseren
  • Je weet hoe je het beste vallen bij de zorgvragers kan voorkomen

Slide 3 - Tekstslide

Oorzaken van vallen
OORZAKEN VAN VALLEN ZIJN TE ONDERSCHEIDEN IN TWEE FACTOREN:
  • Persoonsgebonden (intrinsieke) factoren
  • Omgevingsgebonden (extrinsieke) factoren
 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Oorzaken persoonsgebonden
  • Verminderd reactievermogen
  • Verminderd evenwicht/ spierkracht
  • Urine-incontinentie
  • Verminderd zicht en gehoor
  • Problemen met lopen
  • Cognitieve en psychische achteruitgang
  • Geneesmiddelengebruik

OPDRACHT: VERKLAAR PER ONDERDEEL, MET BEHULP VAN DE THEORIE, WAAROM DIT EEN RISICO VORMT OM TE VALLEN

Slide 6 - Tekstslide

Oorzaken omgevingsgebonden

  • Onvoldoende verlichting
  • Hoge drempels
  • Losse kleedjes en voorwerpen
  • Meubilair dat niet past bij de persoon

OPDRACHT: VERKLAAR PER ONDERDEEL, MET BEHULP VAN DE THEORIE, WAAROM DIT EEN RISICO VORMT OM TE VALLEN

Slide 7 - Tekstslide

Relatie medicijngebruik en vallen

OPDRACHT: ZOEK UIT, MET BEHULP VAN DE THEORIE, WELKE MEDICIJNEN TIJDELIJK OF LANGDURIG HET RISICO OM TE VALLEN VERSTERKEN.

Slide 8 - Tekstslide

Lichamelijke gevolgen
  • Ruim 52.000 heeft een botbreuk
  • 11.000 breken hun heup en 11.000 hun pols
  • 27.000 wordt opgenomen voor gemiddeld 12 dagen
  • 24.000 loopt na een val een fractuur op
  • 75- plussers breken vaker hun heup 
  • 11% wordt behandeld voor een polsfractuur

Slide 9 - Tekstslide

Sociale gevolgen
  • De helft van de ouderen wordt nooit meer de oude
  • Bang om opnieuw te vallen
  • Hoger medicatiegebruik 
  • Minder actief
  • Woningaanpassing of verhuizing
  • Risico op gezondheidsklachten neemt toe

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Inventariseren valrisico
  • Valrisicotest
  • Valanamnese
  • Risico signalering
  • Valagenda
  • Video valpreventie

OPDRACHT: ZOEK UIT, MET BEHULP VAN DE THEORIE, HOE BOVENGENOEMDE ZAKEN KUNNEN HELPEN BIJ HET VOORKOMEN VAN VALLEN

Slide 12 - Tekstslide

Kleinschalige verbeteracties
Algemene interventies:
  • Goed schoeisel
  • Bied de cliënt uitleg over gebruik van hulpmiddelen
  • Bied de cliënt uitleg over mogelijke bijwerkingen van medicatie
  • Goede bril
  • Maak verhoogde risico duidelijk naar collega's toe
  • Bied frequente controle momenten
  • Vitamine D slikken

Slide 13 - Tekstslide

Kleinschalige verbeteracties
Interventies gericht op de omgeving van de cliënt:
  • Plaats benodigdheden binnen handbereik
  • Beweegbare materialen op de rem
  • Bed in de laagste stand
  • Voorkom natte vloeren
  • Zorg voor voldoende verlichting
  • Attentie op aanwezigheid van obstakels 
  • Bij ADL alle benodigdheden binnen handbereik 

Slide 14 - Tekstslide

Hulpmiddelen om vallen te vvorkomen

OPDRACHT: ZOEK UIT, MET BEHULP VAN DE THEORIE,
WELKE HULPMIDDELEN KUNNEN WORDEN INGEZET OM VALLEN TE VOORKOMEN.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Quiz over...

Slide 17 - Tekstslide

Een voorbeeld van een persoonsgebonden factor; verantwoordelijk voor een valincident is urineincontinentie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Een voorbeeld van een omgevingsgebonden factor; verantwoordelijk voor een valincident is een losliggen tapijt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Bang om te vallen valt onder lichamelijke gevolgen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor botontkalking?
A
Osteoporose
B
Osteocracoom
C
Osteocytose
D
Osteoblastose

Slide 21 - Quizvraag

Als men ouder wordt, verliest men spierweefsel: is dit te voorkomen?
A
Ja, door veel eiwitten te eten
B
Ja, door te zorgen voor voldoende rust
C
Nee, je kunt het niet voorkomen, wel vertragen

Slide 22 - Quizvraag

Hoe meer ondersteuning iemand nodig heeft bij de ADL, hoe minder risico om te vallen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Ook Vitamine D is belangrijk als het gaat over valpreventie. Het is belangrijk voor de groei en het behoud van stevige botten. Geeft zonlicht voldoende vitamine D?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Met welk instrument wordt gemeten of iemand de ADL zelfstandig kan uitvoeren?
A
bertolliindex
B
barmondindex
C
bartolindex
D
barthelindex

Slide 25 - Quizvraag

Wat betekent orthostatische hypotensie?
A
Tijdelijke bloeddrukdaling na het opstaan
B
Duizeligheid
C
Tijdelijke bloeddrukverhoging na het opstaan
D
moeite met staan

Slide 26 - Quizvraag

Oudere mannen vallen vaker dan oudere vrouwen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Bepaalde medicijnen kunnen ervoor zorgen dat een cliënt eerder valt. Dit is ook het geval bij:
A
Paracetamol
B
Plastabletten
C
Voetschimmelmedicijnen

Slide 28 - Quizvraag

Waar staat het MIC formulier voor?
A
Mogelijkheden incidenten cliënten
B
Mogelijkheid informatie cliënten
C
Melding incidenten cliënten
D
Melding informatie cliënten

Slide 29 - Quizvraag

Leerdoelen
  • Je weet wat het doel is van valpreventie
  • Je weet het belang van het melden van een valincident
  •  Je weet de risicofactoren van valincidenten
  • Je weet de risico's op vallen te inventariseren
  • Je weet hoe je het beste vallen kan voorkomen

Slide 30 - Tekstslide