H4 - P4 - Grammar Recap part 1

H4 - P4 - Grammar Recap Part 1
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H4 - P4 - Grammar Recap Part 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Today's Lesson
You have a test about vocabulary and grammar on Friday

This lesson you will have another look at some of the grammar

Check if you understand it
Ask questions
Practise Practise Practise

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct Passive sentence that matches the Active sentence:
People speak Portuguese in Brazil.
timer
0:20
A
Portuguese was spoken in Brazil.
B
Portuguese is spoken in Brazil.
C
People spoke Portuguese in Brazil.
D
Portuguese is being spoken in Brazil.

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

The Passive
> Wanneer gebruik je de Passive?
De passive is de lijdende vorm. Je gebruikt de lijdende vorm wanneer het belangrijk is wat er gebeurt en niet wie er iets doet.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Passive Examples
- The food is preserved (present simple)
- The food was preserved (past simple)
- The food is being preserved (present continuous)
- The food was being preserved (past continuous)
- The food has been preserved (present perfect)
- The food had been preserved (past perfect)
- The food will be preserved (future tense)
De passive heeft altijd 2 elementen: het werkwoord to be + een voltooid deelwoord.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

STAPPENPLAN van active naar passive
1. Zoek het lijdend voorwerp (of meewerkend voorwerp) in de actieve zin.
John has bought many houses.
2. Zet voorop in de nieuwe zin. Many houses ...
3. Zoek het werkwoordelijk gezegde = persoonsvorm + andere werkwoorden.
John has bought many houses.
4. Bepaal de tijd van het werkwoordelijk gezegde uit de actieve zin.
has bought = present perfect
5. Zet om volgens het rijtje 'Alle tijden van de passive'.
has bought = have (many houses = meervoud) been bought
6. Herschrijf de zin (laat eventueel het onderwerp uit de oorspronkelijke zin weg).
Many houses have been bought (by John).






Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Change the active sentence into a passive sentence:
The cat eats the fish
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Change the active sentence into a passive sentence:
The wolf ate the princess.
timer
1:00

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Change the active sentence into a passive sentence:
He had written three books before 1867.
timer
1:00

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Some, any, no + compounds

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Choose the correct word to fill in the gap:
There are _______ apples left. Have one.
timer
0:20
A
any
B
some
C
no
D
nothing

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

How to use some?
In affirmative sentences
Questions expecting the answer to be 'yes'

Examples:
Someone is sleeping in my bed. > compound
Would you like something to drink? > compound
Can I have some sugar, please?

Wat / een enkele / een paar

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

How to use any?
In negative sentences
In most questions

Examples:
I don't have any pocket money.
He never had any problems.
Did you go anywhere last night? > compound
Wat / een enkele / een paar

Slide 13 - Tekstslide

Onbepaalde voornaamwoorden

Indefinite pronouns with no are often used in affirmative sentences with a negative meaning, but these are nevertheless not negative sentences because they are lacking the word not.

undefined, uncertain, not specific


How to use no?
Affirmative sentences or questions with a negative meaning

Examples:
It is nowhere to be found. > compound
There is nobody left. > compound

Slide 14 - Tekstslide

Indefinite pronouns with no are often used in affirmative sentences with a negative meaning, but these are nevertheless not negative sentences because they are lacking the word not.
Fill the gap. Choose from:
some, any, no or a compound
Have you got _____ suggestions?
timer
0:30

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Fill the gap. Choose from:
some, any, no or a compound
There's ______at the door who says he wants
to speak to you.
timer
0:30

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Fill the gap. Choose from:
some, any, no or a compound
He has _________ time to watch TV tonight; he's got too
much work to do.
timer
0:30

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vocabulary - Unit 8

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What is the English translation of the word:
voorbijganger
timer
0:20
A
mover-by
B
passer-by
C
goer-by
D
pedestrian

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the English translation of the word:
lonend
timer
0:20
A
praising
B
helping
C
rewarding
D
paying

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the English translation of the word:
vreemdeling
timer
1:00

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the English translation of the word:
twijfelen
timer
1:00

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the Dutch translation of the word:
suspicious
timer
0:20
A
vooroordeel
B
glanzend
C
vermijden
D
verdacht

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the Dutch translation of the word:
persist
timer
0:20
A
blijven voortbestaan
B
afwijzen
C
feitelijk
D
specifiek

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the Dutch translation of the word:
desperately
timer
1:00

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

What is the Dutch translation of the word:
kindness
timer
1:00

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Test preparation
- Study the vocabulary from Unit 7+8 both ways, make sure you understand what the words mean. 
- Study the grammar from the Grammar Booklet period 4.
- Practise the grammar in the booklet and online.
- Check your answers to the grammar exercises. 

All the sources you need are in Magister. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Finished!
Today you practised for the test by: 

- Working with parts of the grammar for the test
- Checking some vocabulary from Unit 8

Well done!

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies