§2 Het christendom wordt belangrijker les 1

Wat gaan we doen vandaag? 
- Welkom! + dagopening
- Planning
- Herhalen §1 met wisbordjes
- Huiswerk nakijken
- Uitleg §2 
- Aan de slag! (domein of huiswerk) 
- Afsluiting
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen vandaag? 
- Welkom! + dagopening
- Planning
- Herhalen §1 met wisbordjes
- Huiswerk nakijken
- Uitleg §2 
- Aan de slag! (domein of huiswerk) 
- Afsluiting

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk 
Schrijf op in je plenda: 

donderdag 1 februari, 4e uur: 
Maak van §2 opdracht 3, 4 en 8 t/m 11  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
Vandaag is de laatste dag dat we in de les werken aan de domeinopdracht. 

Je moet de domeinopdracht inleveren in week 7 op 
donderdag 15 februari. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalingsquiz

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie redenen  waardoor het Romeinse Rijk uiteenviel en nieuwe koninkrijken ontstonden. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom verhuisden mensen in West-Europa na het vertrek van de Romeinen van de stad naar het platteland?
timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heette een gebied met een versterkte boerderij, huizen van boeren, een kerk, landbouwgrond en bossen?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit waarom mensen rond 500 op een domein gingen wonen. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Teken op het wisbordje een domein. 
Zorg dat je kunt uitleggen wat iets is. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk nakijken 
§1 vraag 7 t/m 10

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Het christendom wordt belangrijker
Paragraaf 2: Het christendom wordt belangrijker

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen hoe monniken het christendom verder verspreiden in Europa.
- Je kunt met voorbeelden laten zien dat het christendom belangrijk was voor mensen in de middeleeuwen. 
- Je kunt uitleggen hoe de middeleeuwse standenmaatschappij werkt

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Christendom
  • Veel mensen geloofden nog in Germaanse goden = natuurgodsdienst

  • Christenen noemden dit heidenen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heidenen
In de vroege middeleeuwen zijn veel mensen nog heidenen
Heidenen geloven niet niet christus, maar in natuurgoden
Christelijke missionarissen willen de heidenen gaan bekeren
Met hulp van de heer heidense gebruiken en feesten verbieden
Heidense gebruiken en feesten christelijk maken

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kloosters
Waar bekering lukt, worden kerken en kloosters gesticht
In kloosters wonen mensen die hun hele leven aan God wijden
Deze monniken en nonnen hebben strenge regels
Zo mogen ze niet trouwen en soms niet eens praten

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Monniken/nonnen leven
Leven in het klooster

Geen huwelijk

Geen erfenis

Weinig contact

Slide 19 - Tekstslide

Les hier uit wat monniken allemaal niet mochten. 
Hoeveel ze dus moesten offeren om een monnik te zijn. 

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In het klooster
Als je in het klooster komt hoor je vaak dit:
Monniken hebben twee grote taken: bidden en werken
Bidden kan in stilte of in zang, zoals je hoort
Het klooster is dan ook op deze taken ingericht

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hier is de slaapzaal. Alle monniken slapen in dezelfde ruimte. 
Om het klooster staat een kloostermuur. De muur beschermt de monniken tegen rovers en wilde dieren. 
Dit is de moestuin. De monniken verbouwen daar groente. 
Dit is de kerk. Dit is het belangrijkste gebouw van het klooster. Hier bidden de monniken. 
Dit is de eetzaal. Hier eten de monniken samen. Tijdens het eten leest één van de monniken voor uit de Bijbel. 
Dit is de kloostergang. Alle gebouwen in het klooster worden verbonden door een kloostergang. Deze heeft een dak, zodat de monniken niet nat worden als het regent. De monniken gebruiken de kloostergang ook om te lezen en te bidden. 
Dit is de kruidentuin. De monniken kweken zelf kruiden om te koken en om mensen beter te maken. Ze maken van sommige kruiden zalf, thee of olie. De monniken weten precies welk kruid zij nodig hebben. 
In de ziekenboeg (hospitaal) zorgen de monniken ook voor de zieken. Alleen zij kunnen medische boeken lezen en hebben ervaring met het verzorgen van zieken.
In het scriptorium (schrijfzaal) schreven monniken boeken over. Doordat er geen drukpers was moest dit met de hand. Een monik kon jaren doen over één boek.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bekering van Europa
  • Vanaf 600: missionarissen
  • geweld
  • Bekende missionarissen  in Nederland: Bonifatius, Willibrord en Ludger.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Invloed van de kerk
Trouwen doe je in de kerk
Je kind laat je dopen in de kerk
Je wordt begraven op grond van de kerk
Op zondagen en feestdagen naar de kerk gaan
Iedere kerk heeft een priester. Hij heeft contact met God en kan heillige taken uitvoeren. Verder helpt de priester de gelovigen een goed leven te leiden door de regels uit te leggen, want alleen hij kan de Bijbel lezen

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een Christelijke cultuur
  • Christelijke geloof verweven in dagelijksleven --> trouwen in kerk, doop in kerk, begraven bij kerk, elke zondag naar de kerk, vrij op christelijke feestdagen

  • Priester = Geestelijke die mensen helpt om te leven volgens de geloofsregels. Hij verzorgt de kerkdienst, de doop, het huwelijk en de begrafenis van gelovigen.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een Christelijke cultuur
  • Priester had contact God (geloofde men)
  • Kon vertellen hoe je goed moest leven --> naar de hemel 

  • Alleen ongetrouwde mannen mochten priester zijn 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een Christelijke cultuur
  • Kloosters belangrijk voor behoud christelijke cultuur:
  • Monniken leidden nieuwe monniken + priesters op
  • Bestudeerde oude (christelijke) boeken en schreven deze over 

  • Verzorgde reizigers en zieken 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De standenmaatschappij
In de middeleeuwen heb je in de samenleving drie standen:
Geestelijken
Adel
Boeren
Elke groep heet een stand. Letterlijk: waar jij staat in de maatschappij, wat jouw plek is

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de kenmerken naar de juiste standen
Eerste stand
Tweede stand
Derde stand
De geestelijken
De adel
De boeren
Moest vechten
Moest werken
Moest bidden

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag! 
Ga aan de slag met de domeinopdracht!
timer
30:00

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies