In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Klinisch redeneren
Proactive Nursing
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Klinisch redeneren, waar denk je aan?
Slide 3 - Woordweb
Welke uitspraak omschrijft klinisch redeneren het beste?
A
Met diverse disciplines een diagnose stellen door te overleggen.
B
Vaardigheid om eigen competenties te koppelen aan medische kennis.
C
Vaardigheid om eigen observaties te koppelen aan medische kennis.
D
In staat zijn om na te denken over complicaties bij een ziektebeeld.
Slide 4 - Quizvraag
Uit hoeveel stappen bestaat de Klinisch Redeneren?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 5 - Quizvraag
Sleep de tekst naar de juiste stap
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Aanvullend onderzoek
Oriënteren op de situatie
Beleid
(Klinische) probleemstelling
Verloop
Evaluatie
Slide 6 - Sleepvraag
Bij stap 6 Evaluatie is goed kunnen reflecteren op je eigen handelen een vereiste.
Eens
Oneens
Slide 7 - Poll
"Bedenk dat klinisch redeneren niet goed of fout kan zijn. Je kunt er enkel van leren. Iedereen reageert anders in elke situatie. Klinisch redeneren met een collega kan leuke en leerzame nieuwe visies laten zien op een situatie." Ben je het eens met deze stelling? 0 is totaal niet en 100 is helemaal mee eens
Slide 8 - Poll
Welke afkorting van onderstaande is een manier van communiceren?
A
USER
B
EWS
C
EBP
D
SBAR(R)
Slide 9 - Quizvraag
Sleep de tekst naar de juiste letter
S
A
B
R (R)
Situatie
Achtergrond
Beoordeling
Aanbeveling
Herhaal/samenvatten
Slide 10 - Sleepvraag
Waar vertel je de medische voorgeschiedenis in de SBAR?
De revalidant is instabiel, de revalidant gaat achteruit en ik weet niet wat er aan de hand is.
C
EWS score, wat moet er volgens jou gebeuren, geef concreet aan wat je van de arts wil.
D
Contactpersoon, actuele medicatie, laatste maaltijd, behandelbeperkingen
Slide 12 - Quizvraag
Waarvoor staat de afkorting EWS-Score?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
De ABCDE-methodiek is een werkwijze waarbij hulp wordt verleend met het principe “treat first what kills first”. Met andere woorden eerst de levensbedreigende en vervolgens de niet direct/niet -levensbedreigende) letsels en stoornissen.
Slide 15 - Tekstslide
Dhr. de Beer is plots erg benauwd. Wat zou je doen en waarom?
Slide 16 - Open vraag
Welke methode volgt het principe 'treat first what kills first'?
Slide 17 - Open vraag
Zijn jullie klaar voor de 'echte' klinisch redeneren opdrachten?