1.3 Plantaardige en dierlijke cellen

Zet de organisatieniveau's van groot naar klein. 
groot
klein
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
ecosysteem
levensgemeenschap
organisme
orgaan
populatie
orgaanstelsel
biosfeer
organel
cel
weefsel
1 / 29
volgende
Slide 1: Sleepvraag
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Zet de organisatieniveau's van groot naar klein. 
groot
klein
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
ecosysteem
levensgemeenschap
organisme
orgaan
populatie
orgaanstelsel
biosfeer
organel
cel
weefsel

Slide 1 - Sleepvraag

Hoe het het overlappende gebied tussen biologie en geologie?
A
Biofysica
B
Biochemie
C
Paleontologie

Slide 2 - Quizvraag

Beschrijf van een pinguïn een vorm + functie

Slide 3 - Open vraag

Wat is een biotoop?
A
Een keten van alle organisme die elkaar opeten
B
Alle dieren van dezelfde soort die in een gebied leven.
C
is een gebied met een bepaald soort landschap waarin bepaalde organismen voorkomen.
D
Een gebied waar geen leven mogelijk is, een alleen bacteriën kunnen leven.

Slide 4 - Quizvraag

De leefomgeving van een specht is een bos, het liefste met dode bomen waar hij op kan tikken. Hoe noem je een 'leefomgeving' ook wel?
A
Habitat
B
Biotoop
C
Pioneersgebied
D
Ecosysteem

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een goede voorbeeld betreft een ecosysteem?
A
Het waddengebied
B
Het leefgebied van een rups
C
De lucht en de wolken
D
Alle niet-levende dingen in een gebied

Slide 6 - Quizvraag

tot welk organisatieniveau behoort koolstofdioxide
A
molecuul
B
ecosysteem
C
levensfemeenschap
D
organel

Slide 7 - Quizvraag


Thema 1: Inleiding in de biologie
BS 3 en BS 4

Slide 8 - Tekstslide

1.3 Plantaardige en dierlijke cellen
  • Je kunt delen van dierlijke cellen en van plantaardige cellen herkennen en de functies ervan benoemen
  • Je kunt een microscoop gebruiken en daarmee (delen van) organismen bestuderen

Slide 9 - Tekstslide

Pak je Binas erbij
79B en C

Slide 10 - Tekstslide

Plantaardige cel
Binas tabel: 79B

Slide 11 - Tekstslide

Plastiden
  • Chloroplasten/bladgroenkorrels: bevat groene kleurstof (chlorofyl)
  • Chromoplasten: gele, oranje of rode kleurstof
  • Leukoplasten: opslag vet, zetmeel en eiwit -> voorbeeld = amylosplast

Rijping vrucht: chloroplast => chromoplast

Leukoplast

Slide 12 - Tekstslide

Dierlijke cel

Slide 13 - Tekstslide

Onderdelen van de cel
    In zowel plantencel als dierijke cel
* Celmembraan - Dun vlies om de cel (buitenste laagje van het cytoplasma)
* Cytoplasma - Stroperige vloeistof die bestaat uit water en opgeloste stoffen.
* Celkern - Bolletje in de cel, deze regelt alles wat er in een cel gebeurd.
* Kernmembraan - Dun vlies om de celkern

   Alleen in Plantencel
* Vacuole - "Blaasje" gevuld met water en wat opgeloste stoffen. Oudere cellen 1 grote vacuole,        jonge cellen meerdere kleine vacuolen.
* Celwand - Stevige laag om de cel 
* Intercellulaire ruimten - Kleine holten tussen de cellen in
Alles op een rijtje....
    In zowel plantencel als dierijke cel
* Celmembraan - Dun vlies om de cel (buitenste laagje van het cytoplasma)
* Cytoplasma - Stroperige vloeistof die bestaat uit water en opgeloste stoffen.
* Celkern - Bolletje in de cel, deze regelt alles wat er in een cel gebeurd.
* Kernmembraan - Dun vlies om de celkern

   Alleen in Plantencel
* (Grote) vacuole - "Blaasje" gevuld met water en wat opgeloste stoffen. 
* Celwand - Stevige laag om de cel
* Bladgroenkorrels: Hierin vindt fotosynthese plaats en ze geven de plant zijn groene 
   kleur
(* Intercellulaire ruimten - Kleine holten tussen de celwanden van cellen in. )

Slide 14 - Tekstslide

Lichtmicroscoop
Elektronenmicroscoop

Slide 15 - Tekstslide

Hoe bestudeer je cellen?
Microscopie:
Lichtmicroscopie (tot 1000x)
Elektronenmicroscopie (tot 100.000x)

transmissie-elektronen microscoop (TEM, 2D)
Scanning elektronenmicroscoop (SEM, 3D)

Micrometer
1 μm = oftewel 0,001 mm.

Slide 16 - Tekstslide

Plantaardige cel
  • Intracellulaire ruimte: gevuld met lucht of vocht
  • Kernmembraan: vormt buitenste laag van de celkern
  • Kern: bevat genetische informatie cel en dus ook organisme
  • Vacuolemembraan:
  • Vacuole: opgevuld met vocht, geeft stevigheid (kan kleurstof bevatten)
  • Celmembraan: bestaat voor grootste deel uit vetmoleculen, scheidt inwendig (cytoplasma) van uitwendig milieu
  • Celwand: buitenste laag
  • Cytoplasma: bestaat uit grondplasma (water en opgeloste stoffen) + allerlei organellen

Slide 17 - Tekstslide

vragen
VRAGEN? 

Slide 18 - Tekstslide

Binas
Welke onderdelen tref je zowel aan in een plantaardige cel als een dierlijke cel? Sleep deze onderdelen naar het gele vak.
Deze onderdelen zitten zowel in een plantaardige cel als een dierlijke cel
Plastiden
Celwand
Celmembraan
Cytoplasma
Leukoplasten
Celkern

Slide 19 - Sleepvraag

Met wat voor microscoop is deze foto gemaakt?
A
TEM (transmitting electron microscope)
B
SEM (scanning electron microscope)
C
Lichtmicroscoop
D
Telescoop

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de totale vergroting bij een oculair van 10x en een objectief van 40x?
A
4x
B
40x
C
400x
D
4000x

Slide 21 - Quizvraag

Wat is volgens je binas uniek aan een plantencel?

Slide 22 - Woordweb

cytoplasma/
grondplasma
kern
kernmembraan
celmembraan
celwand
intercellulaire ruimte
vacuole

chloroplast
vacuolemembraan

Slide 23 - Sleepvraag

lamp
revolver
preparaatklem
tubus
tafel
diafragma
statief
grote schroef
kleine schroef
oculair
objectief

Slide 24 - Sleepvraag

De dikte van een spinnendraad lijkt onder een microscoop 0,2 centimeter. In werkelijkheid is deze 2 micrometer. Hoeveel keer vergrootte deze microscoop het beeld?
A
100 keer
B
1000 keer
C
1.000.000 keer
D
10.000 keer

Slide 25 - Quizvraag

Onderdelen van de cel
    In zowel plantencel als dierijke cel
* Celmembraan - Dun vlies om de cel (buitenste laagje van het cytoplasma)
* Cytoplasma - Stroperige vloeistof die bestaat uit water en opgeloste stoffen.
* Celkern - Bolletje in de cel, deze regelt alles wat er in een cel gebeurd.
* Kernmembraan - Dun vlies om de celkern

   Alleen in Plantencel
* Vacuole - "Blaasje" gevuld met water en wat opgeloste stoffen. Oudere cellen 1 grote vacuole,        jonge cellen meerdere kleine vacuolen.
* Celwand - Stevige laag om de cel 
* Intercellulaire ruimten - Kleine holten tussen de cellen in
Alles op een rijtje....
    In zowel plantencel als dierijke cel
* Celmembraan - Dun vlies om de cel (buitenste laagje van het cytoplasma)
* Cytoplasma - Stroperige vloeistof die bestaat uit water en opgeloste stoffen.
* Celkern - Bolletje in de cel, deze regelt alles wat er in een cel gebeurd.
* Kernmembraan - Dun vlies om de celkern

   Alleen in Plantencel
* (Grote) vacuole - "Blaasje" gevuld met water en wat opgeloste stoffen. 
* Celwand - Stevige laag om de cel
* Bladgroenkorrels: Hierin vindt fotosynthese plaats en ze geven de plant zijn groene 
   kleur
(* Intercellulaire ruimten - Kleine holten tussen de celwanden van cellen in. )

Slide 26 - Tekstslide

Het huiswerk:
1.3

maken: 43 t/m 56


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Slide 29 - Video