In deze les zitten 50 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
TODAY
Slide 1 - Tekstslide
TODAY
After this lesson you will
... have worked on your listening skills
... know more about much and many
... have worked on several assignments
Slide 2 - Tekstslide
VIDEODEEL
Slide 3 - Tekstslide
Much & Many
Op de volgende slides staat uitleg over much, many, (a) few, en (a) little. Daarna volgt oefenmateriaal
Slide 4 - Tekstslide
A LOT OF / MUCH / MANY
"A lot of", "much" en "many" gebruik je allemaal om te zeggen dat er veel van iets is. Je gebruikt ze in verschillende situaties.
"A lot of" (of "lots of") gebruik je bij bevestigende zinnen. Dat zijn alle zinnen die geen vraagzinnen zijn en/of geen ontkenning (het woordje "not) bevatten.
Slide 5 - Tekstslide
A LOT OF / MUCH / MANY
"Much" en "many" gebruik je bij vraagzinnen en bij ontkennende zinnen. Welke woord je moet gebruiken hangt af van datgene waar er veel van is/zijn.
Kun je het tellen, dan gebruik je "many". Kun je het niet tellen? Dan gebruik je "much".
Slide 6 - Tekstslide
A LOT OF / MUCH / MANY
Of iets wel of niet telbaar is kun je controleren door er een willekeurig getal voor te zetten:
boats > 3 boats > mogelijk, dus telbaar
money > 3 money > onmogelijk, dus ontelbaar
Net als 'money' is 'water' en ' time' ook ontelbaar. Euro's, liters en minuten zijn daarentegen wel telbaar.
Slide 7 - Tekstslide
A LOT OF / MUCH / MANY
Uitzondering: In bevestigende zinnen gebruik je "a lot of" (of "lots of"), behalve na de woorden VERY, SO, TOO en HOW. Dan gebruik je much/many:
He loved his dog very much.
There are too many people here.
Ookal zijn dit bevestigende zinnen, "He loved his dog a lot of" klinkt natuurlijk niet.
Slide 8 - Tekstslide
a lot of / lots of
bevestigende zinnen
There are a lot of boats in the harbour.
much
vraagzinnen / ontkenningen
bij ontelbare zelfst. naamwoorden
na very, so, too en how
Was there much water in the desert?
There wasn't much water in the desert.
many
vraagzinnen / ontkenningen
bij telbare zelfst. naamworden
na very, so, too en how,
There weren't many boats in the harbour.
Were there many boats in the harbour?
Slide 9 - Tekstslide
There are ... students in this classroom.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 10 - Quizvraag
How ... time do we have left?
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 11 - Quizvraag
He admired that politician very ...
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 12 - Quizvraag
There are way too ... people here.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 13 - Quizvraag
We ate ... cookies before dinner, so we weren't hungry at all.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 14 - Quizvraag
I don't have that ... money left, so I can't buy you anything nice.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 15 - Quizvraag
There were not ... cars on the highway at that hour.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 16 - Quizvraag
She always spends ... money on new clothes.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 17 - Quizvraag
How ... books have you read this year?
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 18 - Quizvraag
He doesn't do ... outside of school.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 19 - Quizvraag
I like that actor very ... .
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 20 - Quizvraag
There isn't ... food left in the fridge, I'm afraid.
A
a lot of
B
lots of
C
much
D
many
Slide 21 - Quizvraag
(A) FEW / (A) LITTLE
"(A) few" en "(a) little)" gebruiken we om te zeggen dat er weinig van iets is.
"(A) few" gebruiken we bij telbare zelfstandige naamwoorden.
There were (a) few boats (telbaar) in the harbour.
"(A) little" gebruiken we bij ontelbare zelfstandige naamwoorden.
There was (a) little water (ontelbaar) in the desert.
Slide 22 - Tekstslide
A?
Er zit een betekenisverschil tussen "a few" en "few" (en tussen "a little" en "little"). Het woordje "a" maakt dus wel uit! Kijk maar naar de vertaling: