Thema 7 B1 Het zintuigenstelsel

Thema 7. Zintuiglijke waarneming



We behandelen bs 1 t/m 6.

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 7. Zintuiglijke waarneming



We behandelen bs 1 t/m 6.

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk jij aan
bij zintuiglijke
waarneming?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Voorkennis:
Wat is het verschil tussen een impuls en een prikkel?

Slide 6 - Open vraag

Sleep de tekst naar het juiste plaatje.
Zintuigen zetten prikkels om in impuls
Zenuwen sturen impuls naar hersenen
Bewust van de prikkel, hersenen nemen beslissing
Hersenen sturen impuls naar zenuwen
Lichaam reageert op prikkel

Slide 7 - Sleepvraag

De belangrijkste zintuigen liggen 
in je ogen, in je oren, in je neus, 
in je tong en in je huid.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe ontstaat een impuls?
De prikkel moet sterk genoeg zijn om een impuls te veroorzaken.
De kleinste sterkte van zo'n prikkel noem je de drempelwaarde.
Het zintuig moet ook gevoelig zijn voor de prikkel.
Dit heet de adequate prikkel.

Bv. Geluid is de adequate prikkel voor het gehoor.
Heel zacht geluid hoor je niet, omdat dat niet boven de drempel uitkomt.

Slide 9 - Tekstslide

Combineer het zintuig met de juiste plek in het lichaam.
In de ogen
In de huid (2x)
In de neus
In de oren (2x)
In de tong
Gezichtszintuig
Evenwichtszintuig
Reukzintuig
Smaakzintuigen
Warmte- en 
Koudezintuigen
Druk- en 
tastzintuigen
Gehoorzintuigen

Slide 10 - Sleepvraag

Combineer de juiste adequate prikkel met het zintuig.
Licht
Zwaartekracht
Geur
Smaak
Warmte
Geluid
Gezichtszintuig
Evenwichtszintuig.
Reukzintuig
Smaakzintuig
Gehoorzintuig
Warmtezintuig

Slide 11 - Sleepvraag

Drempelwaarde beïnvloeden.
1. Gewenning: als er na verloop van tijd minder impulsen ontstaan in de zintuigcellen.
2. Door motivatie: als je aandachtig luistert hoor je zachtere geluiden wel. 

Slide 12 - Tekstslide

Na verloop van tijd hoort iemand de klok niet meer tikken.
Wat is er met de drempelwaarde gebeurt?
Wat is de term voor dit verschijnsel?
A
De drempelwaarde is lager komen te liggen. Dit heet een adequate prikkel.
B
De drempelwaarde is hoger komen te liggen. Dit heet een adequate prikkel.
C
De drempelwaarde is lager komen te liggen. Dit heet gewenning.
D
De drempelwaarde is hoger komen te liggen. Dit heet gewenning.

Slide 13 - Quizvraag

Uitleg antwoord
Als de drempelwaarde hoger wordt, moet de sterkte van de prikkel groter zijn om een impuls te veroorzaken.
Als de klok ineens harder gaat tikken of gaat slaan (bv. bij een koekoeksklok), zul je het wel weer gaan horen. Dan is de prikkel weer sterk genoeg om impulsen te laten ontstaan.

Slide 14 - Tekstslide

Wat gebeurt er met de drempelwaarde van je gehoor als je je concentreert om goed te luisteren?

A
De drempelwaarde wordt hoger.
B
De drempelwaarde wordt lager.

Slide 15 - Quizvraag

Uitleg antwoord
Voordat je je ging concentreren was de sterkte van de prikkel niet groot genoeg om een impuls te laten ontstaan. Als je je wel gaat concentreren, verlaag je bewust de drempelwaarde en ontstaan er al bij een zacht geluid impulsen.

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk 
Opdracht 1 en 3

Slide 17 - Tekstslide