§ 3 Nederland en Engeland in de Vroegmoderne Tijd

Vroegmoderne Tijd (1500 - 1800
Begrippen:
- moderne economische groei
- wet van energietransities
- turf

Kenmerkende aspecten:
- handelskapitalisme en wereldeconomie

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vroegmoderne Tijd (1500 - 1800
Begrippen:
- moderne economische groei
- wet van energietransities
- turf

Kenmerkende aspecten:
- handelskapitalisme en wereldeconomie

Slide 1 - Tekstslide

herhaling § 1 en 2
quizvragen

Slide 2 - Tekstslide

wat is de juiste volgorde van energietransities?
A
vuur - wind/water - dieren - fossiel
B
vuur- fossiel - dieren - wind/water
C
vuur - dieren- wind/water - fossiel
D
dieren - vuur - fossiel - wind/water

Slide 3 - Quizvraag

Vanaf wanneer weten we zeker dat de mens het vuur beheerste?
A
1 miljoen jaar geleden
B
700.000 jaar geleden
C
400.000 jaar geleden
D
100.000 jaar geleden

Slide 4 - Quizvraag

Waarom vonden de Grieken en Romeinen wél allerlei machines uit, maar gebruikten ze die niet om het werk makkelijker te maken?
A
Er waren toch genoeg slaven die het werk deden.
B
De filosoof-uitvinders keken neer op handmatig werk.
C
De stoommachine van Heron miste een zuiger om een as aan te drijven.
D
Ze hadden een tekort aan brandstoffen om de machines te laten draaien.

Slide 5 - Quizvraag

Welke uitvindingen werd in de Middeleeuwen NIET gedaan om mensen energie te besparen?
A
Watermolens
B
Windmolens
C
Halsjuk / gareel
D
Rosmolens (paardenmolens)

Slide 6 - Quizvraag

uitleg § 3

Slide 7 - Tekstslide

Windmolens
  • NL was in de 17e eeuw een welvarend land met bloeiende industrie.
  • Daar was veel energie voor nodig.
  • Deze werd vooral geleverd door windmolens en turf.
  • Er moeten in totaal vele duizenden windmolens hebben gestaan.
  • Molens zorgden voor papier, olie uit zaden, gezaagd hout, touw, verfstoffen en broodmeel.

Slide 8 - Tekstslide

Turf
  • Turf is gedroogd veen dat je goed kunt verbranden en veel energie levert.
  • NL had grote gebieden met hoogveen en laagveen die ontgonnen konden worden.

  • De turf en wind leverden de mogelijkheid tot moderne economische groei: steeds voortdurende groei die telkens weer nieuwe groei oproept.


Slide 9 - Tekstslide

video turfwinning
daarna quizvragen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

Hoe noem je de dunne stroken veengrond die niet werden afgegraven om de turf te laten drogen?
A
Ribben
B
Essen
C
Steken
D
Wadden

Slide 13 - Quizvraag

Waarom was turf zo belangrijk voor de Nederlandse economie?
A
NL heeft niet veel steenkool.
B
NL heeft niet veel hout.

Slide 14 - Quizvraag

Engeland
  • Grootschalige houtkap leidt tot zoektocht naar andere energiebron: steenkool uit mijnbouw
  • Rond 1750 levert steenkool meer dan de helft van de energie in Engeland.
  • > Men moet steeds dieper graven, waardoor energie nodig is om grondwater weg te pompen en steenkool omhoog te hijsen:
  • Watermolens, windmolens, rosmolens en menselijke spierkracht.
  • > >> Wet van energietransities:
  • Inzet van nieuwe energiebronnen vereist eerst een verhoogde inspanning met oude, bestaande energiebronnen.
  • Conclusie NL en Engeland: een snelle economische ontwikkeling is alleen mogelijk met gebruik van meer energie. Uitdaging voor de toekomst.


Slide 15 - Tekstslide