25/5 - Present Perfect vs Past simple

Present Perfect
vs. 
Past Simple
Bevestigende zinnen

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Present Perfect
vs. 
Past Simple
Bevestigende zinnen

Slide 1 - Tekstslide

Present Perfect: Wanneer?
Als iets in het verleden is begonnen en nu nog bezig is.
I have lived in Canterbury since 2010.  
She has never been to Brighton. 
We have always been best friends 
Steven and Kylie have already finished their homework. 
Wanneer er for, yet, never, ever, just, already, always, since, lately, How long in de zin staat. 


Slide 2 - Tekstslide

Present Perfect vs Past simple
Past simple = in het verleden gebeurd en afgelopen
signaalwoorden: yesterday, last night, 3 days ago, in 1066, ….
ww + ed of 2e rij o.w.w.
Present Perfect: in het verleden begonnen en gaat nu nog door.
Signaalwoorden: since, for, never, ever, Always, already, (for) how long, lately.
have/has + voltooid deelwoord (= ww+ed of 3e rij oww)

Slide 3 - Tekstslide

Let's practise
Er volgen nu wat meerkeuze vragen
Eerst over de present perfect 
Daarna de past simple
En uiteindelijk de twee tijden door elkaar. 

Slide 4 - Tekstslide

Vul de present perfect in
I …….. (to know) him since 2010
A
knew
B
known
C
have known
D
has known

Slide 5 - Quizvraag

Vul present perfect in
They ……..(to be) friends since 2010.
A
was
B
have been
C
has been
D
were

Slide 6 - Quizvraag

Vul de present perfect in
My dad ……. (to buy) a Porsche.
A
has bought
B
bought
C
have bought
D
buyed

Slide 7 - Quizvraag

Vul de present perfect in
Our parents …….. (to play) musical instruments since their youth.
A
played
B
play
C
has played
D
have played

Slide 8 - Quizvraag

Vul de past simple in
The King …… (to be) born in 1938.
A
were
B
was
C
has been
D
have been

Slide 9 - Quizvraag

Vul de past simple in
The kids ……. (to walk) to school this morning.
A
have walked
B
walked
C
has walked
D
walk

Slide 10 - Quizvraag

Vul de past simple in
The professor ……. (to discover) a new medicine for the illness in 1950.
A
discovered
B
discover
C
has discovered
D
have discovered

Slide 11 - Quizvraag

Vul de past simple in
We …… (to eat) pizza last night.
A
have eaten
B
ate
C
has eaten
D
eat

Slide 12 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het werkwoord
She ….. (to be) queen since 1948.
A
have been
B
was
C
were
D
has been

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het werkwoord
They ….. (to read) a book last night.
A
have read
B
read
C
has read
D
readed

Slide 14 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het werkwoord
Brad ……. always ….. (to want) to be a big movie star.
A
wanted
B
have wanted
C
has wanted
D
was wanting

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het werkwoord
How long …… you …… (to live) in Oirschot?
A
lived
B
have lived
C
has lived
D
were living

Slide 16 - Quizvraag

Kies de juiste vorm van het werkwoord
The teacher …… (to write) the formula on the whiteboard yesterday.
A
have written
B
wrote
C
was writing
D
has written

Slide 17 - Quizvraag

Opdracht 1
Er volgen nu wat open vragen
Je moet de present perfect invullen
Gebruik de onregelmatige werkwoorden.
Zie lijst die hierna volgt.

Slide 18 - Tekstslide

Music ……… (to be) very important since I was a child.

Slide 19 - Open vraag

..... you ...... (to see) that new James Bond movie yet?

Slide 20 - Open vraag

She ........ (to take) too many risks lately.

Slide 21 - Open vraag

Bob and Carl ...... never ..... (to work) together before.

Slide 22 - Open vraag

...... they ever ........ (to see) the Empire State Building in New York?

Slide 23 - Open vraag

Opdracht 2
Nu volgen er open vragen 
Je moet de past simple invullen. 
Gebruik de lijst met onregelmatige werkwoorden waar nodig.

Slide 24 - Tekstslide

The Beatles ........ (to be) a famous pop group in the 60s.

Slide 25 - Open vraag

Christie ......... (to drop) out of school in 1992.

Slide 26 - Open vraag

Mum and Dad ........ (to drive) to France in the summer of 89.

Slide 27 - Open vraag

The Royal Family .......... (to have) a lot of dogs in their early days.

Slide 28 - Open vraag

He ....... (to help) the old lady cross the street last week.

Slide 29 - Open vraag

Opdracht 3
Er volgen nu open vragen
Je moet de present perfect of past simple invullen
Tip: lees de zin goed en let op de signaalwoorden
Gebruik de lijst met onregelmatige werkwoorden

Slide 30 - Tekstslide

I ......... always ....... (to want) to drive an expensive car.

Slide 31 - Open vraag

They ........ (to be) best friends back in high school.

Slide 32 - Open vraag

The president of the golf club .......... (to speak) to the club members yesterday.

Slide 33 - Open vraag

We ...... (to plant) a bunch of flowers last Sunday.

Slide 34 - Open vraag

She ......... (to be) a mess since her house burnt down.

Slide 35 - Open vraag

Madonna ......... (to perform) as a singer since the 1980's

Slide 36 - Open vraag

Since the first day at school, the girl ...... (to work) very hard.

Slide 37 - Open vraag

The sun ....... (to shine) all day yesterday.

Slide 38 - Open vraag