Present Perfect Y2

Welcome H2
Please grab your book and check where you left off.

15 minutes of silent reading
timer
1:00
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welcome H2
Please grab your book and check where you left off.

15 minutes of silent reading
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Today's planning
To do: 
Present perfect
Goals: 
* You know when to use the present perfect 
* You know how to form a present perfect 
   sentence

Slide 2 - Tekstslide

Present perfect

Voorbeelden:
I have worked since 3 am.
She has been to London twice.
We have walked for 2 hours now.

Deze zinnen bevatten altijd een vorm van hebben + het tweede werkwoord is een voltooid deelwoord.

Slide 3 - Tekstslide

Present perfect
Gebruik present perfect:
1. iets is in het verleden begonnen en is nu nog aan de gang.
2. praten over ervaringen.
3. iets is in het verleden gebeurd en je merkt nu nog het resultaat.

Slide 4 - Tekstslide

Present perfect
have/has + voltooid deelwoord
have = I, you, we, you they
has = he, she, it
Voltooid deelwoord:
1. regelmatig werkwoord + ed > I have worked
2. onregelmatig werkwoord 3e vorm > I have been

Slide 5 - Tekstslide

Verschil present perfect en past simple


Wat is het verschil?
Bij de past simple is de actie in het verleden nu afgelopen.
Bij de present perfect is de actie nog bezig of is er nog een link met het verleden.

Slide 6 - Tekstslide

Present perfect en past simple

Signaal woorden (styf harnasje en waldy):


Present perfect: since, today, yet, for, 

how long, already, recently, never, always, so far, just, ever. 


Past simple: when, ago, last, date (in the past), yesterday.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Past Simple Present Perfect

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

I have been in Nottingham for a week.
present perfect / past simple?

Slide 11 - Open vraag

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
has / have + 3e rijtje van de irregular verbs

Slide 12 - Quizvraag

It was on offer last week.
present perfect/ past simple?

Slide 13 - Open vraag

Welke woorden zijn signaalwoorden voor de Present Perfect?
A
never / ever / for / since
B
was / were / been
C
however / although / always
D
when / how / always

Slide 14 - Quizvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has eaten 3 sandwiches so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 16 - Quizvraag

Welke zin staat in de Past Simple?
A
I love to cycle to school.
B
We often go to church.
C
They haven't seen him yet.
D
I didn't hear him come in.

Slide 17 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van de Present Perfect:

___ you ever ___ (live) in China before?
A
Have lived
B
Has lived
C
Did live
D
Were living

Slide 18 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van de Present Perfect:

My boyfriend ___ ___ (buy) me some
wonderful roses.
A
have bought
B
has bought
C
have buyed
D
has buyed

Slide 19 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in:

The dogs ___ ___ (not - eat) anything for three days.
A
haven't ate
B
hasn't ate
C
haven't eaten
D
hasn't eaten

Slide 20 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in:

I ___ ___ (be) home since 3 o'clock.
A
had to be
B
was
C
have been
D
has been

Slide 21 - Quizvraag


Vul in:
I .... ( to know) him all my life.
A
knew
B
am knowing
C
have known
D
know

Slide 22 - Quizvraag

Kies de present perfect vorm:
She .... (be)
A
She was
B
She has been
C
had been
D
were

Slide 23 - Quizvraag

In welke tijd staat deze zin?
I have known him all my life.
A
past simple
B
present simple
C
present perfect
D
past perfect

Slide 24 - Quizvraag

have / has + voltooid deelwoord(3e rij onregelmatige ww) is:
A
past perfect
B
present continuous
C
present perfect
D
past continuous

Slide 25 - Quizvraag

Maak de present perfect: How many books ........(she/write) so far??

Slide 26 - Open vraag

Maak de present perfect:
He (listen)

Slide 27 - Open vraag

Maak de present perfect:
John (not see) him today

Slide 28 - Open vraag

Jackson lived in Rome in 2011.
A
Past simple
B
Present perfect

Slide 29 - Quizvraag

Bij welke tijd hoort het signaalwoord:
'since'
A
present simple
B
past simple
C
present continuous
D
present perfect

Slide 30 - Quizvraag

Present perfect:
She .... (be)
A
She was
B
She has been

Slide 31 - Quizvraag

Fill in - Present perfect:
Peter ......... told a joke.
A
have
B
has

Slide 32 - Quizvraag

Fill in - Present perfect:
The man ......... (be) to London several times
A
was
B
have been
C
was been
D
has been

Slide 33 - Quizvraag