H6.4 Karakteristieke groepen deel II

H6 koolstofchemie
vandaag: intro 6.4 karakteristieke groepen II
aldehyden, ketonen, carbonzuren,
amines en aminozuren
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H6 koolstofchemie
vandaag: intro 6.4 karakteristieke groepen II
aldehyden, ketonen, carbonzuren,
amines en aminozuren

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
Je leert vandaag:

  • De systematische naam geven aan stoffen met belangrijke hoofdgroepen.
  • De systematische naam geven aan een stof met meer dan 1 karakteristieke groep.

Slide 2 - Tekstslide

Naamgeving, tot nu toe..
stamnamen: alkaan, alkeen, alkyn, cycloalkaan, benzeen, etc.

karakteristieke groepen
alkylen (ethyl-, methyl-, diethyl-, fenyl-,…)
    halogenen (broom- , dichloor-, …) 
alcoholen (-ol, -diol, fenol-)
alkoxyalkanen (ethers: c-o-c)

tip
ken je ze nog niet? maak een samenvatting met tekening van elke soort karakteristieke groep

Slide 3 - Tekstslide

Aldehyden (-al)



een aldehyde is een eindgroep,
deze staat dus een het uiteinde van 
een koolwaterstof. 'R' kan hier een 
willekeurig deel van een koolstofmolecuul zijn.

Slide 4 - Tekstslide

Een verschil tussen
ethanol en ethanal is...
ethanol
ethanal
tip
welke bindingen zijn belangrijk bij kookpunt en oplosbaarheid? Kun je iets in de structuur terugvinden?
A
ethanol heeft een hoger kookpunt
B
ethanal heeft een hoger kookpunt
C
ethanal kan meer waterstofbruggen aangaan
D
ethanol lost minder goed op in water

Slide 5 - Quizvraag

Ketonen (-on)



een keton is geen eindgroep,
de C van -C=O zit IN de keten.
R' en R'' zijn hier een willekeurig 
deel van een koolstofmolecuul.
propanon

Slide 6 - Tekstslide

wat is de naam
van deze stof...?
A
methaan-1-propanon
B
butaan-2-al
C
butaan-2-ol
D
butaan-2-on (butanon)

Slide 7 - Quizvraag

Carbonzuur
een zuur heeft deze zijgroep: 

Een zuur is vaak een eindgroep, bijvoorbeeld bij butaanzuur,
de C van de zuurgroep telt dan mee bij de langste keten (stam)
zuurgroep
4           3            2            1
let op
de eindstandige C van de zuurgroep krijgt hier positie '1'
dus je telt vanaf de 'zure' C

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen

Slide 9 - Tekstslide

Oefenen

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen

Slide 11 - Tekstslide

sleep de juiste naam bij de juiste structuur
methaanzuur
butaanzuur
ethaanzuur
hexaandizuur

Slide 12 - Sleepvraag

Carbonzuren

Slide 13 - Tekstslide

carbonzuur samengevat
zuurgroep -COOH
Als de C van de zuurgroep bij de stamnaam hoort, 
krijgt deze de hoogste prioriteit (= laagste nummer, C1)
synoniemen: carbonzuur* of carboxylgroep
soms ook geschreven als: -COOH
bijvoorbeeld: CH3COOH = ethaanzuur       
carbonzuur
soms is de zuurgroep een zijgroep, als deze niet in de stam past. Dan heet deze hele groep -carbonzuur. Bijvoorbeeld bij een aromatische ring.

Slide 14 - Tekstslide

Amine
koolwaterstof met deze zijgroep:
Meetal krijgt deze -amine als achtervoegsel, als dat niet kan, gebruik je amino- als voorvoegsel  

bijvoorbeeld 
propaan-1-amine 

let op
de N van de amine telt niet mee bij de langste keten (stamnaam), want is geen C atoom!

Slide 15 - Tekstslide

opdracht: sleep de juiste naam bij de juiste structuur
butaan-1-amine
2-amino-ethaanzuur
methaandiamine

Slide 16 - Sleepvraag

Aminozuren
Aminozuren zijn verbindingen die zowel een amino- als een (carbon)zuurgroep in het molecuul hebben.
Zie binas tabel 67 H


R = een “willekeurige” keten bestaande uit onder andere C, H, N, S en O atomen.

Slide 17 - Tekstslide

Oefenen

Slide 18 - Tekstslide

 6.4 karakteristieke groepen
- voegen extra eigenschappen toe aan koolwaterstoffen
- bijvoorbeeld zodat ze waterstofbruggen aan kunnen gaan (doneren en/of ontvangen)
- dit heeft effect op oplosbaarheid, kookpunt, smeltpunt

Slide 19 - Tekstslide

HW voor volgende les
Leer HS6.4 (blz. 180-283)
Maak de vragen 33 t/m 45 (blz. 184-185)
Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.
Vul de huiswerkregistratie in bij vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wil hebben.
Deze vragen bespreken we de volgende les.

Slide 20 - Tekstslide