Gesprekken voeren 3F

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Gesprekken voeren 1
Een aantal studenten gaan voor de klas een gesprek voeren.
Het publiek beoordeelt het gesprek op een actieve gesprekshouding en gespreksregels.

Doel: je weet wat een actieve gesprekshouding is én wat de gesprekregels zijn en past dit toe.

Slide 2 - Tekstslide

Actieve gesprekshouding
1. Wend je lichaam tot je gesprekspartner
2. Neem een open houding aan
3. Gebruik handgebaren om je houding te verduidelijken
4. Maak oogcontact

Slide 3 - Tekstslide

Gespreksregels
1. Gebruik beleefde taal en pas je taalgebruik aan de situatie aan
2. Laat elkaar uitpraten
3. Neem op gepaste wijze de beurt
4. Blijf bij het onderwerp en begin niet zomaar over een ander onderwerp
5. Ga in op wat je gesprekspartner zegt

 

Slide 4 - Tekstslide

Leg aan elkaar uit wat wordt bedoeld met de volgende uitspraak: 

Je hebt allebei een belang in een gesprek

Slide 5 - Tekstslide

Voer een gesprek van minimaal 5 minuten over:


een succeservaring van een gesprek





(bijvoorbeeld tijdens je bijbaan of je opleiding)

Slide 6 - Tekstslide

GESPREKKEN VOEREN 2
DOELEN:
Je kunt het verschil opnoemen tussen een formeel en informeel gesprek.
Je weet wat LSD inhoudt en wanneer je het gebruikt.

Slide 7 - Tekstslide

Formeel of Informeel

Een informeel gesprek is een gesprek met .............


Tijdens een informeel gesprek gebruik je de volgende taal:................


Een formeel gesprek voer je met .............


Tijdens een formeel gesprek gebruik je de volgende taal:...........................

Slide 8 - Tekstslide

LSD
Wat is het?

Wanneer gebruik je het?

Waarom gebruik je het?

Slide 9 - Tekstslide

Tot slot
Wat ga je van de afgelopen 2 lessen over gespreksvaardigheid onthouden?

Slide 10 - Tekstslide