Bron B

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

STARTKLAAR
- ga rustig op je vaste plek zitten.
- doe je jas uit.
- pak je etui, je boek en je JdW-map.
- doe je tas op de grond.
- doe je telefoon in het ZAKKIE en leg het ZAKKIE op de hoek van de tafel.
- als de timer is afgelopen, stop je met praten en begint de les.


timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

La semaine
36

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik vorige les

Slide 4 - Woordweb

Leerdoelen week 35
*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Slide 5 - Tekstslide

Le passé composé
Schrijf op je papiertje
- hoe we deze tijd in het Nederlands noemen
- maak een Nederlandse zin in deze tijd
- hoe zet ik een regelmatig ww. dat op -er eindigt in de passé composé?
- Maak een zin met het werkwoord manger.

Slide 6 - Tekstslide

maken
Les 1: Bron A: ex. 4,5,6,7,8


Les 2: Bron D: ex. 17 a,b,c,d,e

leren

Woordjes Bron A
F-N + N-F

Slide 7 - Tekstslide

La semaine
36

Slide 8 - Tekstslide

A faire

Bron B: 9, 10a,b, 11, 12

Bron D: 16e, 17a,b,c,d,e
A apprendre

Vocabulaire Bron B F-N / N-F

Bron D: blz. 33

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
les 1
R: Ik ken de voltooid deelwoorden van de onregelmatige werkwoorden être, avoir en faire.
R: ik weet dat deze werkwoorden met "avoir" worden vervoegd.
*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
les 2
1. R: Ik ken de voltooid deelwoorden van de onregelmatige werkwoorden avoir, être en faire.
2. T2: ik kan regelmatige en onregelmatige werkwoorden in de pc vervoegen.
3. T2: ik kan vragen beantwoorden over vakantie
*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Slide 11 - Tekstslide

Instructie 
Pak een pen
Pak een JdW-papier en vul het blad in
Dinsdag 5 september
onderwerp: le passé composé van de onregelmatige ww. avoir, être en faire.




Slide 12 - Tekstslide

Le passé composé
Le passé composé is de voltooid tegenwoordige tijd. 
Le passé composé bestaat uit 2 werkwoorden!!!



Le passé composé = hulpwerkwoord + voltooid deelwoord 

Slide 13 - Tekstslide

avoir = hebben
J'ai eu

Slide 14 - Tekstslide

être =  zijn
j'ai été

Slide 15 - Tekstslide

faire = doen / maken
j'ai fait

Slide 16 - Tekstslide

été / eu / fait
Welke hele werkwoorden horen bij deze volt. deelwoorden?
A
faire / être / avoir
B
avoir / être / faire
C
faire / avoir / être
D
être / avoir / faire?

Slide 17 - Quizvraag

Aan de slag



Ouvre ton livre à la page 32
Fais ex. 17a,b,c
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Instructie 
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Spreek mij na in je beste Frans

Slide 20 - Tekstslide

Woordjes leren
Zonder woordenschat kom je nergens
Het is niemand zijn hobby
je kunt er veel punten mee scoren
je hoeft er niets voor te "begrijpen"
je moet zitvlees hebben

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag
Leer per 5 woordjes.
herhaal ze tot je ze weet.
pak een papiertje, bedek de rechter rij  en schrijf de vertaling op
Ga naar de volgende 5 woorden etc.
herhaling is het toverwoord en.... op tijd beginnen.
Maak woordkaartjes.
werk met kleuren voor de verschillende woordsoorten etc.

Slide 22 - Tekstslide

Nabespreking
Je weet dat er naast regelmatige werkwoorden ook ONregelmatige werkwoorden zijn.
De voltooid deelwoorden van deze werkwoorden moet je uit je hoofd leren.

Slide 23 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

herhalen, herhalen herhalen

kaartjes maken

zitvlees

Met quizlet oefenen

Slide 24 - Tekstslide

Begrippen uit deze les

Slide 25 - Tekstslide


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 26 - Open vraag


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 27 - Open vraag

Les devoirs
Maak opdracht 17a,b,c,d,e af


Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide