20241208 zakelijke mail brief, klas 4

Zakelijke mail / brief
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Zakelijke mail / brief

Slide 1 - Tekstslide

Doel van deze les(sen)
Aan het einde van deze les ...
  • weet je uit hoeveel onderdelen een mail bestaat en wat er in ieder deel beschreven moet worden
  • weet je hoe je rekening houdt met je publiek
  • kun je een brief schrijven met correct taalgebruik
  • kun je rekening houden met alle briefconventies

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?
Wat kun je je herinneren over het schrijven 
van een brief/ mail of artikel.

Slide 3 - Tekstslide

Een zakelijke mail schrijven

Slide 4 - Tekstslide

Zakelijke mail - tekstdoel
Wanneer schrijf je een zakelijke mail?
Een paar voorbeelden:
  • Je wilt een afspraak bij de tandarts verzetten
  • Je wilt informatie over een nieuwe telefoon
  • Je wilt je aanmelden voor een actie voor het goede doel
  • je mailt een sollicitatiebrief
  • je doet prospectie voor je werkgever

Slide 5 - Tekstslide

Zakelijke mail - publiek
Aan wie schrijf je een zakelijke mail?
Je schrijft een zakelijke mail aan iemand die je niet kent. Je bent dus geen vrienden of familie. Bijvoorbeeld:
  • De dokter
  • Een docent
  • Je nieuwe school
  • De directeur van een bedrijf
  • Een potentiële klant

Slide 6 - Tekstslide

Zakelijke mail - taalgebruik
Wat voor taalgebruik gebruik je in een zakelijke mail?
Je schrijft de mail aan iemand die je niet kent. Die persoon spreek je daarom ook op een zakelijke manier aan. Dit noem je formeel taalgebruik (denk aan hoofdletters). Bijvoorbeeld:
  • Geen jij/je, maar U
  • Mevrouw van der Veen
  • Meneer de Groot

Slide 7 - Tekstslide

Zakelijke mail - opzet
Een zakelijke mail heeft een vaste opzet, namelijk:
  • Aanhef
  • Inleiding
  • Middenstuk
  • Slot
  • Slotgroet 
  • Ondertekening

Slide 8 - Tekstslide

Zakelijke mail - aanhef
Wat staat er in de aanhef?
Je begint je zakelijke mail met een nette aanhef om hem goed en netjes te beginnen (denk aan hoofdletters). Na de aanhef komt altijd een komma. Bijvoorbeeld:
  • Geachte heer/mevrouw,
  • Geachte mevrouw Van Gaal,
  • Geachte meneer Venhuizen,

Slide 9 - Tekstslide

Zakelijke mail - inleiding
Wat staat er in de inleiding?
In de inleiding schrijf je wie je bent, waar je woont en hoe oud je bent (denk aan hoofdletters). Ook noem je de reden waarom je schrijft. Bijvoorbeeld:

  • Mijn naam is….. Ik ben … jaar en ik woon in ……
Ik schrijf u, omdat ……….

Slide 10 - Tekstslide

Zakelijke mail - middenstuk
Wat staat er in het middenstuk?
In het middenstuk geef je informatie en geef je antwoord op alle vragen die gesteld worden (staat in de opdracht). Bijvoorbeeld:
  • Ik heb 2 weken geleden een afspraak bij u in de praktijk gemaakt, maar nu is er iets tussen gekomen. Is het mogelijk om de afspraak naar een ander moment te verplaatsen?

Slide 11 - Tekstslide

Zakelijke mail - slot
Wat staat er in het slot?
In het slot vraag je om een reactie en bedank je de persoon aan wie je schrijft. Bijvoorbeeld:

  • Ik zie uw reactie graag tegemoet. Alvast bedankt voor de moeite.

Slide 12 - Tekstslide

Zakelijke mail - slotgroet
Wat staat er in de slotgroet?
In de slotgroet sluit je vriendelijk af. Na de groet komt altijd een komma. Bijvoorbeeld:

  • Met vriendelijke groeten,

Slide 13 - Tekstslide

Zakelijke mail - ondertekening
Wat staat er in de ondertekening?
In de ondertekening zet je je eigen voor- en achternaam (denk aan hoofdletters). Bijvoorbeeld:

  • Bas van Duivenbode
  • Lilian de Vries
  • Paulien de Groot-Veenstra

Slide 14 - Tekstslide

Zakelijke mail - tips
Hieronder nog een aantal tips voor het schrijven van een zakelijke mail:

  • Spreek de ander aan met 'u' en gebruik beleefde taal
  • Gebruik een witregel tussen alle onderdelen
  • Denk om hoofdletters bij namen

Slide 15 - Tekstslide

Terugblik
Wat hebben we vandaag geleerd? 

Wat weet je nu over het schrijven van een e-mail?

Waar wil je de volgende les nog meer van weten? 

Slide 16 - Tekstslide

Volgende les
werken aan de opdrachten
uitleg over een artikel schrijven

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide