A6sptl3 Periode 1, Les 1 SCHRIJVA - GSE (28-08-2023)

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Bienvenidos

LESSONUP klascode: 

A6sptl3: eetcx

Meld je aan via de link in magister of via de klascode. 

De link staat in magister bij jouw eerste les Spaans van dit schooljaar.

El programa 

• Info: Metas, libros, clases, PTA (5m)
• Tus vacaciones (5m)



• Lenguateca: Hablar de tu mismo/a, dar tu opinión, escribir una solicitud (5m)
• Leer + Escribir: 'Briefconventies' y la 'ciberdependencia' (25m)
• Ser, estar, hay (15m)
• Evaluación, deberes
  

NO OLVIDAR: ¡¡¡ En clase practicamos el español !!!

Metas (doelen), materiales

• Je leert informele en formele brieven schrijven over onder meer studie, werk, reizen/toerisme (brieven met een verzoek om hulp of informatie, klachtenbrieven, sollicitatiebrieven). 
• Je leert je mening en gevoelens schriftelijk te verwoorden in een informeel en formeel taalregister en gebruikt signaalwoorden.
• Je leert hiervoor ook de benodigde woordenschat, grammatica en lenguateca.
• Je werkt aan je leesvaardigheid door een boekje te lezen, met het oog op uitbreiding van de woordenschat en om meer vertrouwd te raken met de Spaanse zinsbouw.
• Je verbetert je luistervaardigheid.

Libros, materiales:

• Paso adelante libro de referencia, libros de alumno 3 y 4, materiales en línea

Spaans in klas 6

Per periode worden een of meer examenonderdelen afgerond.

In periode 1 zijn dat: schrijfvaardigheid en luistervaardigheid.

Het zwaarstwegende examenonderdeel is Leesvaardigheid.

Studiewijzer periode 1 staat op Teams, tegel A6sptl3

• doornemen
  
• 2 lessen per week: wekelijks 1 les schrijfvaardigheid ('redacción') + 1 les lees/luistervaardigheid
• KWG

Toetsen, opdrachten

Toetsen

• Formatieve Tussentoets (vocab/gram/signaalwoorden)
• Luistertoets tijdens de periode (week 6-8), 25%, niet herkansbaar
• Schrijftoets in toetsweek, 15%, herkansbaar

Opdrachten (formatief)

• Glosario: per tekst noteer je drie nieuwe woorden met vertaling, digitaal op teams bij opdrachten
• Luisterdossier grotendeels tijdens de les, digitaal op teams bij opdrachten
• Boekje lezen in duo's + vragen beantwoorden + woorden in glosario zetten (op papier)

¿Qué tal las vacaciones?

(5m) 

1. Repaso: ¿cómo se forman los tiempos del pasado? 
2. Escribe 5 frases sobre tus vacaciones 
3. Cuenta qué hiciste/ dónde estuviste / qué pasó…
4. Habla de tus vacaciones (en parejas)
5. En pleno

Tema: Ciberdependencia

¿Qué significa el móvil para tí?
Contesta en español.

Lenguateca para cartas informales

ESTUDIAR: 

• H7 lenguateca A, para escribir sobre ti mismo/a y para dar tu opinión (libro 4, p.6)
• H6 lenguateca B, para escribir una carta de motivación (libro 3, p.63)

Después: ¿de qué frases te acuerdas? (welke zinnen weet je nog?)

Cartas informales: 

ciberdependencia y el uso del ordenador (25m)

ESTUDIAR: 

• libro de ref. p.55-60 briefconventies informeel 

HACER: 

• H7 ejercicios 1 + 2

FEEDBACK:

1. Pak een (digitale) pen in een andere kleur en lees de tekst (oefening 2) van een klasgenoot.
2. Noteer concrete complimenten bij de tekst + markeer fouten.
3. Geef een hint voor de oplossing van de fouten.

Klaar? Maak ook oefening 3.

Wat voor fouten maakte je?
Wat ging juist goed?

Cartas informales: feedback -> discusión

FEEDBACK EN HINTS GEKREGEN? 

• je verbetert je fouten
• je noteert onder de tekst enkele aandachtspunten die je gaat verwerken in de volgende schrijfopdracht
• Uitwisselen: Welke aandachtspunten heb jij genoteerd?

=> Discusión próxima semana: 

El gobierno holandés considera prohibir los móviles en clase. Apuntar en español:

1. ¿Cuáles son los efectos del uso del móvil en el instituto o en clase?
2. ¿Cuáles son las ventajas y desventajas? 

-> neem je aantekeningen de volgende les mee

Ser - Estar- Hay (15m)

1. VER: 2 columnas (SER y ESTAR). Ve el vídeo + completa las columnas: cuándo se usa  'ser', y cuándo 'estar'?
   
2. ESTUDIAR: el uso de ser/estar/hay (grammaticaboekje onderbouw op Teams, nr 30-31.
3. HACER: ¿Conoces las conjugaciones de ser  y estar ? Schrijf eerst op welke vervoegingen je nog weet, raadpleeg daarna het libro de referencia, werkwoorden-overzicht vanaf pagina 7 en noteer de vervoegingen: presente, perfecto, indefinido, imperfecto
4. HACER: maak libro 3 p.72, ejercicio 25a

STER-oefening:

• De keuze voor 'ser' of 'estar', kan de betekenis beïnvloeden, bijv. ser listo = slim zijn,  estar listo = klaar zijn.  Geinteresseerd? Lees dan ook libro 3 p.73 en maak oefening 25b.

Evaluación
Wat heb je geleerd deze les?
Geef enkele concrete voorbeelden.

Los deberes para la clase de REDACCIÓN (!)

Estudiar:

• H6 Lenguateca B  (libro 3, p.63)
• H7 Lenguateca A (libro 4, p.6)
• briefconventies libro de referencia p.55-60: cartas informales
• ser vs. estar (libro 3 p.72-73)

Hacer:

• afmaken hoofdstuk 7 oefening 1-2-3 (in libro 4, vanaf pagina 6)
• ser/estar: maak libro 3 p.73-74, oefening 25a(b) 
• apuntar los efectos, ventajas y desventajas del uso del móvil en clase o en el instituto (en español)

¿Qué tal la clase?