Paragraaf 7.4

Paragraaf 7.4: atomen als bouwstenen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare school

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 7.4: atomen als bouwstenen

Slide 1 - Tekstslide

Tijdens deze les gaan we:
1.  De kennis van de vorige paragraaf herhalen
2. Regels van het deeltjesmodel herhalen
3. Nieuwe theorie doornemen

Slide 2 - Tekstslide

Extraheren
Filtreren
Indampen
Deeltjesgrootte
Kookpunt
Oplosbaarheid
Verbind de scheidingsmethode met de eigenschap 

Slide 3 - Sleepvraag

Sjors heeft een mengsel van zand en zout en wil dit scheiden. Hij wil droog zout en zand overhouden. Bedenk hoe Sjors dit kan aanpakken.
A
1. Filtreren 2. Extraheren 3. Indampen
B
1. Indampen 2. Extraheren 3. Filtreren
C
1. Extraheren 2. Indampen
D
1. Extraheren 2. Filtreren 3. Indampen

Slide 4 - Quizvraag

Bij het deeltjesmodel hadden we drie molecuuleigenschappen afgesproken. welke?
A
De moleculen veranderen niet
B
De moleculen blijven in 1 ruimte
C
De moleculen trekken elkaar aan
D
De moleculen bewegen voortduren

Slide 5 - Quizvraag

Maar een molecuul is niet 1 deeltje

Slide 6 - Tekstslide

Een molecuul is opgebouwd uit atomen (ook wel genoemd elementen) 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Uit hoeveel verschillende atomen denk je dat water opgebouwd is?
A
1 soort: water
B
2 soorten: HH en O
C
2 soorten: H en O
D
2 soorten: OO en H

Slide 9 - Quizvraag

Een stof die uit verschillende atomen bestaat kun je ontleden
Ontleden betekent in stukjes breken
Ken je dit voorbeeld nog?

Slide 10 - Tekstslide

Een stof die uit verschillende atomen bestaat kun je ontleden
Hier ontleden we een watermolecuul H2O in H2 en O2. Als je de atomen telt zie je voor de pijl net zoveel atomen als na de pijl

Slide 11 - Tekstslide

Op de slide hierna wordt uitgelegd hoe je water kunt ontleden met behulp van het toestel van Hofman

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Op welke manier worden de watermoleculen kapot gemaakt bij het toestel van hofman?
A
Hoge druk
B
Electriciteit
C
Botsingen
D
Warmte

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Wat is nou precies een atoom?
Een atoom bestaat uit een drie delen:
Protonen
Neutronen
Elektronen
De protonen en neutronen vormen samen de kern, de elektronen vliegen om de kern heen. (Net zoals de planeten om de zon)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Over deze bouw moet je het volgende weten:
Een proton heeft een positieve lading
Een neutron is neutraal, heeft geen lading
Een elektron heeft een negatieve lading

Om een atoom elektrisch neutraal te houden, zijn er altijd evenveel protonen als elektronen aanwezig.
Het aantal neutronen kan wel verschillen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Isotopen
Atomen van hetzelfde soort, maar met een verschillend aantal neutronen in de kern.
Een isotoop noteer je als volgt:
Naam van het atoom - protonen plus neutronen
Bijvoorbeeld:
Koper- 63 (29 protonen, 34 neutronen)
Koper- 65 (29 protonen, 36 neutronen)

Slide 20 - Tekstslide

Lezen en maken
1. Lees de uitleg in je tekstboek op bladzijde 139 t/m 143
2. Maak de opdrachten die bij paragraaf 4 horen. Dat doe je op je chromebook omdat je dan meteen na kunt kijken en zodat ik kan zien  wat je gemaakt hebt. 

Slide 21 - Tekstslide