4.4 grammatica:voorzetselvoorwerp, bijw bepaling

Grammatica 4.4 voorzetselvoorwerp en bijwoordelijke bepaling
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Grammatica 4.4 voorzetselvoorwerp en bijwoordelijke bepaling
Welkom in deze digitale les
Fijn dat je er bent!

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leg ik uit
Waar je het document kunt vinden met de opdrachten.
Hoe je de opdrachten gaat maken.
Wanneer je het af moet hebben.

de theorie die je daarvoor nodig hebt

Slide 2 - Tekstslide

Hoe maak ik de opdrachten?
Vanaf nu maak je de opdrachten niet (meer) in je schrift of werkboek, maar ga je digitaal, (dus op je I-Pad, of laptop of computer)de opdrachten maken. 

Geef zo duidelijk en uitgebreid mogelijk antwoord.

In studiewijzer zit je doelenkaart voor 4.3/4.4/4.5, gebruik deze goed, zo weet je wat je nog lastig vindt en kun je mij ook de goede vragen stellen.

Slide 3 - Tekstslide

Waar vind ik de lessen van deze week?
  • In magister in je weekrooster, bij de eerste les Nederlands van de week.
  • En in magister in het kopje studiewijzers ( daar staat een document met de weektaak/ doelenkaart zoals ook in je magister rooster staat)
  • Je doelenkaart staat in studiewijzer

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer heb ik de opdrachten af?
Aan het eind van de week, dus uiterlijk op donderdag 14 mei heb je de opdrachten af. Maak dus een goede planning voor de hele week.

Ik kan dat ook digitaal zien, je hoeft deze week niets toe te sturen van het huiswerk

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg van de theorie 4.4
Lees goed de doelen in deze les en op je doelenkaart.

Je kunt de theorie ook vinden in je lesboek en op je I-Pad bij 4.4 grammatica.


Slide 6 - Tekstslide

Doel
Ik weet wat een voorzetselvoorwerp is.
Ik kan een voorzetselvoorwerp benoemen in de zin.

Ik weet wat een bijwoordelijke bepaling is.
Ik kan een bijwoordelijke bepaling benoemen in een zin.

Ik kan de vaste volgorde van ontleden uit mijn hoofd toepassen.

Slide 7 - Tekstslide

voorzetselvoorwerp
een voorzetselvoorwerp is een zinsdeel dat begint met een vast voorzetsel.
Dit voorzetsel is nauw verbonden met een werkwoord of een bijvoeglijk naamwoord
voorbeeld werk woord: wachten op
voorbeeld bijv naamwoord: tevreden over

Slide 8 - Tekstslide

uitlegvideo

hier volgt een uitlegvideo over het voorzetselvoorwerp verbonden met een werkwoord

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

uitlegvideo bijwoordelijke bepaling

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

verschil bijwoordelijke bepaling en voorzetselvoorwerp
  • het voorzetsel van een bwb kun je vaak vervangen door een ander voorzetsel, van een voorzetselvoorwerp kan dat niet.
  • het voorzetsel van een bwb heeft een betekenis, het geeft bijvoorbeeld een tijd aan.
  • in een enkelvoudige zin kunnen meerdere bwb staan,maar slechts 1 voorzetselvoorwerp

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

opdrachten die je gaat maken
4.4: 1,2,3,4,5,6,8,9,10,12,13,14,15,
test jezelf 4.4
1 uur lezen voor je boekpresentatie
gebruik je doelenkaart!

Slide 15 - Tekstslide

vragen?
Je kunt in de onlinesessie vragen stellen
Je mag altijd vragen stellen via de mail

Succes, je kunt het!

Slide 16 - Tekstslide