In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Herhaling H4
Statistiek en Procenten
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel is 16,8% van 720?
A
121
B
121,0
C
120,97
D
120,96
Slide 2 - Quizvraag
De adviesprijs voor diesel per liter is in een week tijd gestegen van € 1,86 naar € 1,88.
Hoeveel is de dieselprijs gestegen in procenten?
A
1,3%
B
1,8%
C
1,1%
D
1,4%
Slide 3 - Quizvraag
In 2019 werden er 143 875 iPhones verkocht in Nedeland. Dat waren er 2 472 meer dan in 2018.
Bereken de procentuele toename, rond af op één decimaal.
Slide 4 - Open vraag
In 2019 is een telefoonabonnement met 8% toegenomen. In 2020 nam dit telefoonabonnement met 8% af.
Wat is de totale procentuele toe- of afname in 2019-2020?
A
- 0,18%
B
0,64%
C
0%
D
- 0,64%
Slide 5 - Quizvraag
Een trui wordt in de uitverkoop met 12,5% korting aangeboden voor €25,-. Hoeveel kostte deze trui eerst?
Slide 6 - Open vraag
In 2019 waren er 672 winkels van Jumbo in Nederland. Gemiddeld hadden deze winkels 106 werknemers aan het werk. Dat is 0,6% van het totaal aantal werknemers. Bereken het totale aantal werknemers dat werkte bij Jumbo in 2019.
Slide 7 - Open vraag
Bereken 3,1% van 180. Rond niet af. Geef alleen je antwoord.
Slide 8 - Open vraag
Welke formule hoort bij een procentuele verandering?
A
NIEUWOUD−NIEUW⋅100
B
OUDOUD−NIEUW⋅100
C
OUDNIEUW−OUD⋅100
D
NIEUWNIEUW−OUD⋅100
Slide 9 - Quizvraag
Bereken de procentuele verandering bij een procentuele toename van 10,1% gevolgd door een procentuele toename van 3,3%.
A
230%
B
13,7%
C
13,4%
D
2,0%
Slide 10 - Quizvraag
oud = 80 en nieuw = 70. Wat is de procentuele verandering?
A
-10%
B
14,29%
C
-12.5%
D
-14.3%
Slide 11 - Quizvraag
In 2000 kostte een skibril €14,95. In 2001 kostte dezelfde skibril €10. Wat is de juiste berekening voor de procentuele verandering?
A
14.9514,95−10⋅100
B
14,9510−14,95⋅100
C
104,95⋅100
D
14,954,95⋅100
Slide 12 - Quizvraag
De politie had het in 2017 druk met de diefstal van motorfietsen. In 2017 werden er 1631 motorfietsen gestolen. Dit is 0,236% van het totaal aantal motorfietsen in 2017. Bereken het totaal aantal motorfietsen in 2017.
A
691 000
B
690 809
C
690 809
D
690 000
Slide 13 - Quizvraag
Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij 23%?
A
2,3
B
0,23
C
0,023
D
23
Slide 14 - Quizvraag
Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij een groei van 34,5%?
A
3,45
B
0,345
C
0,0345
D
1,345
Slide 15 - Quizvraag
Bewering: Bij 21% hoort de vermenigvuldigingsfactor 0,21.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de vermenigvuldigingsfactor bij een verandering van -47%?
A
0,47
B
4,7
C
0,53
D
5,3
Slide 17 - Quizvraag
Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij 117,5%?
A
0,1175
B
1,175
C
11,75
D
117,5
Slide 18 - Quizvraag
Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij een toename van 195%?
A
0,195
B
1,95
C
29,5
D
2,95
Slide 19 - Quizvraag
Hoe bereken je de vermenigvuldigingsfactor?
A
Procent x 100
B
Procent : 100
C
Procent + 100
D
Procent - 100
Slide 20 - Quizvraag
De vermenigvuldigingsfactor bij een procentuele toename van 5,1% is 1,51.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Wat is de vermenigvuldigingsfactor bij een afname van 7,2%?
A
0,072
B
1,072
C
0,928
D
0,28
Slide 22 - Quizvraag
Een Daily Paper-trui kostte € 129,95. Je krijgt 15% korting. Met welke vermenigvuldigingsfactor kun je de nieuwe prijs berekenen?
A
10015=0,15
B
100(100+15)=1,15
C
100(100−15)=0,85
D
129,95
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de procentuele verandering bij een vermenigvuldigingsfactor van 1,002?
A
toename 100,2%
B
afname 100,2%
C
toename 0,2%
D
afname 0,002%
Slide 24 - Quizvraag
Hoe heet het getal 1,16 in de berekening NIEUW = 1,16 × OUD?
A
vermenigvuldigingsfactor
B
percentage
C
(100+16)/100
D
richtingscoëfficiënt
Slide 25 - Quizvraag
Een hoeveelheid neemt in de periode van 2010-2014 toe met 65% en in de periode van 2014-2018 toe met 24%.
Geef de vermenigvuldigingsfactor voor de periode van 2010-2018.
A
1,33
B
1,89
C
2,89
D
2,046
Slide 26 - Quizvraag
Als je 7,5% korting krijgt op een bedrag van 50 euro en je wilt de korting in geld weten, dan is jouw berekening...
A
0,075 x 50
B
7,5 x 50
C
0,75 x 59
D
92,5 x 50
Slide 27 - Quizvraag
Het aantal docenten dat werkt op het Avila College is het afgelopen jaar met 5,6% toegenomen tot 65. Hoeveel docenten waren er vóór de toename?
A
69
B
66
C
62
D
63
Slide 28 - Quizvraag
Een tablet kostte € 199,95 en je krijgt 15% korting. Met welke vermenigvuldigingsfactor kun je de nieuwe prijs berekenen?
A
10015=0,15
B
100(100+15)=1,15
C
100(100−15)=0,85
D
129,95
Slide 29 - Quizvraag
Reken om naar procent. Rond af op 1 decimaal.
Slide 30 - Open vraag
Hoeveel procent is 34 blauwe vinvissen op een totaal van 1541 walvissen?
Slide 31 - Open vraag
Hoeveel procent korting krijg je op deze laptop?
Slide 32 - Open vraag
Hoeveel procent korting krijgt deze slee? Rond af op één decimaal.
Slide 33 - Open vraag
Vul hieronder in wat je nog moeilijk vond en waar je nog aan moet werken.