Er zijn heel veel verschillende soorten
gedichten. Lange, korte, zielige gedichten. Vaak moet je gedichten een paar keer lezen voordat je begrijpt wat er staat. Dat komt doordat dichters spelen met woorden en bijzondere taal gebruiken. Je hersenen
worden lenig door gedichten te lezen, net zoals je lijf soepel wordt
van sporten. Een bekende filosoof zei ooit: ‘Lezen is denken met
andermans hoofd.’ Als je gedichten leest, mag je even in het
hoofd van de dichter kijken. Als een spion zie je hoe hij denkt,
hoe hij naar de wereld kijkt. En dat is vaak heel anders dan jij
dat doet! Of je ouders, of ik. Eerst denk je: hè, wat bedoelt hij
nou? En daarna: o, zo kun je het ook zien! Gedichten kunnen de
wereld zoals jij die kent dus behoorlijk op z’n kop zetten, omdat
je op een andere manier naar de wereld leert kijken.