In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 2
§3 Nederland bereikbaar
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je uitleggen/verklaren:
1.) Hoe de mobiliteit sinds 1960 is verandert in Nederland;
2.) Welke maatregelen files kunnen verminderen
3.) Hoe het gesteld is met het woon-werkverkeer van de Randstad versus andere gebieden in Nederland
4.) Wat voor functie het compacte stad-beleid heeft voor de bereikbaarheid in Nederland
Slide 2 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Beschrijf de volgende begrippen in eigen woorden.
Forenzen
Suburbanisatie
Mobiliteit
Infrastructuur
Compacte stad-beleid
Slide 3 - Tekstslide
Hier wonen, daar werken
Nederland telt veel forensen: mensen die voor hun werk reizen tussen woon- en werkgemeente --> woon-werkverkeer.
Suburbanisatie: Mensen trekken van de stad naar omringend platteland/naastgelegen dorpen.
Slide 4 - Tekstslide
Mobiliteit
mobiliteit = verplaatsing van mensen en goederen met behulp van een vervoersmiddel.
Welk vervoersmiddel gebruiken jullie en waarvoor?
Slide 5 - Tekstslide
Infrastructuur
Alle middelen waarmee personen, goederen of informatie kunnen worden vervoerd. Zoals: autowegen, spoorwegen, waterwegen, maar ook telefoonnet, kabelnet etc.
Slide 6 - Tekstslide
Wat valt er allemaal onder het begrip infrastructuur.
Slide 7 - Woordweb
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht
Zoek op internet het metro artikel, Nederlandse forens reist lang.
Beschrijf de de voor en nadelen van het reizen met de auto en trein voor de forensen
Bedenk hierbij hoe ze reizen en mogelijke problemen die zij tegen kunnen komen onderweg. (oorzaak gevolg)