Wildopvang Pathologie les 3 en 4 23-24

Pathologie
De rol van personeel bij diergezondheid
Diergezondheidszorg in de wetgeving
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pathologie
De rol van personeel bij diergezondheid
Diergezondheidszorg in de wetgeving

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • De rol van het personeel van een organisatie met betrekking tot de gezondheid uitleggen.
  • Uitleggen welke wetgeving in Nederland geldt voor wildopvang met betrekking tot diergezondheid.
  • De geldende wetgeving opzoeken op Internet.
  • Uitleggen wat aangifteplichtige dierziekten zijn.

Slide 2 - Tekstslide

De rol van het personeel bij diergezondheid
Gezondheid van dieren in de wildopvang is de verantwoording van meerdere medewerkers.


Slide 3 - Tekstslide

Welke medewerkers zijn verantwoordelijk voor gezondheid dier?

Slide 4 - Woordweb

Welke medewerkers zijn verantwoordelijk voor de gezondheid van de dieren?
  • Veterinair personeel (dierenarts)
  • Dierverzorgers

Slide 5 - Tekstslide

Welke taken vallen onder diergezondheidszorg?

Slide 6 - Woordweb

Welke taken vallen onder diergezondheidszorg?
  • dieridentificatie en geslachtsbepaling
  • preventieve medicatie en hygiëne
  • het waarnemen van ziekte en afwijkingen
  • voeding en aanbieden aan dieren
  • de behandeling van zieke of gewonde dieren, inclusief fixatie en narcose
  • laten uitvoeren van sectie en dode dieren correct afvoeren
  • managen van voortplanting, inclusief populatiemanagement en fokprogramma's
  • trainen van andere dierverzorgers, dierenartsen, stagiaires, enz.
  • gezondheidscontrole en papierwerk rondom transport
  • het vangen van ontsnapte dieren
  • conservatie projecten ondersteunen
  • veiligheid en gezondheid van bezoekers waarborgen 

Slide 7 - Tekstslide

Welke verschillen zijn er met de (landbouw)huisdieren?

Slide 8 - Woordweb

Welke verschillen zijn er met de (landbouw)huisdieren?
  • Er is vooral veel overlap!
  • Preventie en preventieve  medicatie voorkomt veel lijden door de dieren en hoge dierenarts kosten.
  • Dierverzorgers zijn onderdeel van het medische team: vangen, fixeren van dieren en toedienen medicatie.
  • Vaak is pas bekend wat een dier had, als er sectie is uitgevoerd. 

Slide 9 - Tekstslide

Check in
Hoe makkelijk kun jij de (Nederlandse) wetgeving opzoeken?
A
B
C

Slide 10 - Quizvraag

Opdracht 3.2: Verordening EU2016/429
  • Uitbraak: de officiële bevestiging dat een in de lijst opgenomen ziekte of een nieuwe ziekte voorkomt bij één of meer dieren in een inrichting of op een andere plaats waar dieren worden gehouden of zich bevinden.
  • Epidemiologische eenheid: een groep dieren die dezelfde kans op blootstelling aan een ziekteverwekker lopen.
  • Beschermingszone: zone rond en met inbegrip van de plaats van een uitbraak waarin ziektebestrijdingsmaatregelen van toepassing zijn om de verspreiding van de ziekte vanuit die zone te voorkomen.
  • Bewakingszone: rond de beschermingszone ingestelde zone waarin ziektebestrijdingsmaatregelen van toepassing zijn om de verspreiding van de ziekte vanuit de beschermingszone te voorkomen.
  • Beperkingszone: zone waarin beperkende maatregelen voor verplaatsingen van bepaalde dieren of producten en andere ziektebestrijdingsmaatregelen gelden, teneinde te voorkomen dat een bepaalde ziekte wordt verspreid naar gebieden waar geen beperkende maatregelen gelden.



Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 3.2: Verordening EU2016/429
Samengevat: 






Epidemiologische eenheid                                Uitbraak



Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 3.2: Verordening EU2016/429
Samengevat: 






Bedrijf\ epidemiologische eenheid in quarantaine                               



Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 3.2: Verordening EU2016/429
Samengevat: 






                               



Slide 14 - Tekstslide

Besluit Diergezondheid
  • 21 april 2021 Besluit Diergezondheid in werking getreden, hierin staan directe verwijzingen naar de Verordening EU2016/429 en de Wet Dieren.
  • Vermeldt onder andere wanneer een dier verdacht is en wanneer een dier besmet is.
  • Vermeldt ook hoe de waarde vaststelling is bij uitgevoerde ziektebestrijdingsmaatregelen (vergoeding voor eigenaar dieren)

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 3.3: Besluit Diergezondheid
Zoek het Besluit Diergezondheid op en zoek het antwoord op de volgende vragen:
  • Een dier of groep dieren kan als verdacht worden aangewezen. Wanneer wordt van een verdacht dier gesproken en met welke redenen kan de aanwijzing worden ingetrokken?
  • De Minister wijst een dier of groep dieren als verdacht aan als:                                                                - Uit (medisch) onderzoek blijkt dat het dier besmet kan zijn.                                                                     - Uit andere onderzoeken blijkt dat de dieren waarschijnlijk besmet zijn.                                              - Als er een bewezen connectie met een bevestigde besmetting is.
  • De aanwijzing wordt ingetrokken als er geen ziekteverwekker of antistoffen zijn aangetroffen en als de Minister op een andere manier overtuigd is dat het dier niet besmet is.

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 3.3: Besluit Diergezondheid
Zoek het Besluit Diergezondheid op en zoek het antwoord op de volgende vragen:
  • Een dier of groep dieren kan als besmet aangewezen worden. Wanneer wordt van een besmet dier gesproken?
  • De Minister wijst een dier of groep dieren als besmet aan als:                                                                   - Als de ziekteverwekker in een monster van het dier of groep dieren is gevonden.                           - Een antistof voor of een stuk DNA/ RNA van de ziekteverwekker is aangetroffen in een monster van dieren die symptomen vertonen of in aanraking zijn geweest met een bevestigde besmetting. Het dier heeft geen antistoffen of stukken DNA/ RNA als gevolg van een vaccinatie.                                                                                                                                                                      - Uit andere onderzoeken blijkt dat de dieren symptomen vertonen en besmet zijn.

Slide 17 - Tekstslide

Aangifteplichtige ziekten
  • Vooral zoönosen
  • Besmetting (of vermoeden van) wordt vaak via dierenarts bij NVWA gemeld.
  • Uitbraak kan leiden tot in quarantaine brengen van bedrijf, vervoersverbod, (preventieve) ruimingen.
  • Als uitbraak grote gevolgen kan hebben voor volksgezondheid en/ of bij grote economische belangen
  • Wetgeving hierover is te vinden in de Verordening EU2016/429, Wet Dieren en Besluit Diergezondheid.

Slide 18 - Tekstslide

Aangifteplichtige ziekten - Verordening EU2016/429
  • Uitbraak traceren door: verdachte dieren melden bij overheidsinstantie. Bedrijven ook verplicht om abnormale sterfgevallen te melden.
  • Lidstaten EU kunnen meedoen met uitroeiingsprogramma -> ziektevrije status. Deelname soms verplicht door Europese Commissie.

  • Welke voordelen kan het hebben van een ziektevrije status voor een land hebben?
  • Economische belangen m.b.t. import en export, geen kosten voor bestrijding ziekte.

  • Om welke redenen kan een ziektevrije status ingetrokken worden?
  • Als de ziekte weer opduikt in het land (pas 3 maanden na laatste geval weer ziektevrij).

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 3.4: Wet Dieren
Zoek de Wet Dieren op Internet op en zoek de antwoorden op de volgende vragen in Hoofdstuk 5 van de Wet Dieren.

Er is een lijst opgesteld van ziekten die als besmettelijke dierziekte zijn aangewezen. Hierdoor kunnen bij een verdenking of uitbraak direct maatregelen volgens de Wet Dieren genomen worden. Er kunnen ook nieuwe ziekten aan de lijst toegevoegd worden, ze worden dan aangewezen. Aan welke criteria moeten ziekten en zoönosen voldoen om te worden “aangewezen”?
  • -  Als zij besmettelijk zijn en verspreiding ervan niet kan worden voorkomen met normale bedrijfsmiddelen;                                        - Als zij naar het oordeel van Onze Minister een gevaar voor de diergezondheid kunnen opleveren, of                                                        - Als zij naar het oordeel van Onze Minister een ernstig gevaar voor de volksgezondheid kunnen opleveren.

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht 3.4: Wet Dieren
Zoek de Wet Dieren op Internet op en zoek de antwoorden op de volgende vragen in Hoofdstuk 5 van de Wet Dieren.

De aangewezen besmettelijke dierziekten worden ook wel aangifteplichtige dierziekten genoemd. Zoek nu op via Internet welke aangifteplichtige ziekten wij in Nederland hebben. Noem er minimaal 5.
  • Zie: https://www.nvwa.nl/onderwerpen/dierziekten/lijst-aangifteplichtige-dierziekten (vnl 2e, 3e en 4e link)
  • bv: apenpokken, papegaaienziekte, vogelgriep, ziekte van Weil, miltvuur, mond-en-klauwzeer, hondsdolheid, toxoplasmose, Yersinia. 

Slide 21 - Tekstslide

Maatregelen bij uitbraak ziekte
Maatregelen kunnen worden genomen voor dieren (gehouden en wild), zodra de dieren besmet zijn, verdacht worden, vatbaar voor de ziekte of ziekteverschijnselen (kunnen) vertonen. Maar ook dieren die de ziekte, zoönose of ziekteverschijnsel kunnen verspreiden kunnen onder de maatregelen vallen! Welke maatregelen worden in de Wet genoemd?
  • verplichte afzondering, ophokken van de dieren
  • verplichte behandeling of vaccinatie
  • vervoersverbod
  • verbod op bijeenkomsten
  • verbod op import en export
  • verbod of verplichting tot het doden van de dieren
  • verplichting tot het laten doen van onderzoek naar aanwezigheid ziekteverwekkers, ziekteverschijnselen of besmetting
  • verplichting om gegevens bij te houden
  • ook maatregelen voor producten, voorwerpen en gebouwen, ruimten en terreinen

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Aangifteplichtige ziekten - Wet Dieren
Als een bedrijf zich niet aan de maatregelen houdt, kunnen er maatregelen genomen worden. Welke worden genoemd in de Wet Dieren?
  • Het bedrijf wordt geheel of gedeeltelijk gesloten
  • De vergunning of het bewijs van vakbekwaamheid kan (tijdelijk) worden ingetrokken

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • De rol van het personeel van een organisatie met betrekking tot de gezondheid uitleggen.
  • Uitleggen welke wetgeving in Nederland geldt voor wildopvang met betrekking tot diergezondheid.
  • De geldende wetgeving opzoeken op Internet.
  • Uitleggen wat aangifteplichtige dierziekten zijn.

Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • Minimaal 10 verschillende handelingen noemen die gericht zijn op preventie.
  • Ieder punt dat onder preventieve zorg en medicatie valt uitleggen.

Slide 26 - Tekstslide

Welke handelingen en maatregelen kun je bedenken die onder preventieve zorg vallen ?

Slide 27 - Woordweb

Preventieve zorg en medicatie
  • Gezondheidsonderzoek
  • Quarantaine
  • Vaccinatie
  • Hygiëne en management van het dierverblijf
  • Ongedierte bestrijding
  • Parasieten onder controle houden
  • Pootverzorging
  • Uitvoeren van sectie na overlijden
  • Rantsoen
  • Bouw en inrichting verblijf 

Slide 28 - Tekstslide

Gezondheidsonderzoek: wat wordt onderzocht?

Slide 29 - Woordweb

Quarantaine
Lengte afhankelijk van:
  • diersoort
  • herkomst diersoort

Niet alleen om ziekteverspreiding tegen te gaan, maar ook om het dier te leren kennen! (nulmeting gezondheid, eetlust, gedrag)

Slide 30 - Tekstslide

Vaccinatie
Vaccins zelden ontwikkeld voor exoten
-> niet vaak gebruikt
-> toedienen = vangen = stress

Slide 31 - Tekstslide

Hygiëne en management dierverblijf
  • Werking van schoonmaakmiddelen niet altijd bekend: zijn ze wel effectief?
  • Hogedruk: kan via nevel ziekteverspreiding verhogen!
  • Vochtige vloeren kunnen pootproblemen veroorzaken

Slide 32 - Tekstslide

Welk ongedierte kom je vooral tegen in de wildopvang?

Slide 33 - Woordweb

Welke nadelige effecten kan ongedierte hebben?

Slide 34 - Woordweb

Ongedierte bestrijding
Rat, muis, mus, duif, kakkerlak, krekel, maden/ vliegen, muggen, steenmarter/ wezel, enz.

Nadelige effecten:
  • Voedselconcurrent van dieren in buitenverblijven
  • Vector voor ziekteverwekkers
  • Predator dieren in buitenverblijven

Slide 35 - Tekstslide

Parasieten onder controle houden
Ectoparasieten en endoparasieten
Zoönose

Kans op infectie minimaliseren door:
  • tussengastheer weghalen/ cyclus onderbreken (bv leverbot)

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Parasieten onder controle houden
Ectoparasieten en endoparasieten
Zoönose

Kans op infectie minimaliseren door:
  • tussengastheer weghalen/ cyclus onderbreken (bv leverbot)
  • Preventief "ontwormen", via diverse toedieningsmethoden (kans op resistentie, medicatie ontwikkeld voor (landbouw)huisdieren)

Slide 38 - Tekstslide

Uitvoeren van sectie
  • Om achter oorzaak te komen en verdere verspreiding te voorkomen.
  • Informatie uit vorige doodsoorzaken kan verzorging beïnvloeden.

Slide 39 - Tekstslide

Quiz
Eens kijken hoe goed jullie hebben opgelet!

Let op! Bij verschillende vragen zijn meerdere antwoorden mogelijk! 

Slide 40 - Tekstslide

Wat wordt niet als preventieve gezondheidszorg gezien?
A
Het zetten van muizen- en rattenvallen
B
Het toedienen van antibiotica aan een dier
C
Het bekappen van de hoeven van een gazelle
D
Het verzorgen van een nutritioneel geschikt rantsoen

Slide 41 - Quizvraag

Wat kan er gecontroleerd worden bij een gezondheidsonderzoek van een dier? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Het gebit
B
De ontlasting
C
Het gedrag
D
De wateropname

Slide 42 - Quizvraag

Waarom moet een dier in quarantaine?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Om ziekteverspreiding tegen te gaan bij binnenkomst in de opvang
B
Om bij een verwonding rustig zonder soortgenoten te kunnen herstellen
C
Om het dier na binnenkomst te kunnen leren kennen qua gedrag
D
Om de voedselopname te kunnen controleren (eet het dier wel genoeg)

Slide 43 - Quizvraag

Wat betekent het dat bijvoorbeeld een muis de "vector" is?
A
De muis eet het voer voor het opvangdier op, zodat ondervoeding ontstaat
B
De muis verwondt het opvangdier in het verblijf
C
De muis verspreidt een ziekteverwekker
D
De muis gaat dood aan een ziekteverwekker en besmet zo het opvangdier

Slide 44 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een endoparasiet en een ectoparasiet?
A
Een endoparasiet leeft in de gastheer en een ectoparasiet leeft op de gastheer
B
Een ectoparasiet leeft in de gastheer en een endoparasiet leeft op de gastheer
C
Een endoparasiet leeft in de darmen van de gastheer en een ectoparasiet leeft in de longen van de gastheer
D
Een ectoparasiet leeft in de darmen van de gastheer en een endoparasiet leeft in de longen van de gastheer

Slide 45 - Quizvraag

Preventief ontwormen kan een groot risico opleveren. Welke?
A
Het kost meer geld dan een behandeling
B
Je kan het niet goed doseren, waardoor je kan overdoseren
C
Je kan het moeilijk toedienen aan het dier
D
Resistentie van de parasiet

Slide 46 - Quizvraag

Welke pootaandoening zie je hier?
A
Pootontsteking
B
Bumblefoot
C
Bumblebee
D
Bumbling

Slide 47 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met "sectie"?
A
Het deel van de opvang dat besmet is met een ziekteverwekker
B
Het geslachtsbepalen (sexen) van dieren
C
Het onderzoek naar de doodsoorzaak
D
Het vaststellen van de sector: welk ongedierte een ziekte kan verspreiden

Slide 48 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kan de student…
  • Minimaal 10 verschillende handelingen noemen die gericht zijn op preventie.
  • Ieder punt dat onder preventieve zorg en medicatie valt uitleggen.

Slide 49 - Tekstslide