H2 Redeneringen

Argumenten + redeneringen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Argumenten + redeneringen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
Uur 1: LessonUp 

Uur 2: uitleg + opdrachten hoofdstuk 2 (1t/m5, blz. 191).

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we leren 

Uur 1: - Aan het eind van de les kun je verschillende soorten argumenten herkennen uit teksten
Uur 2 : - Aan het eind van de les kan je verschillende soorten redeneringen herkennen

Slide 3 - Tekstslide

Standpunt (mening)
Positief: zonder 'misschien' of 'nee-woord'
Negatief: 'nee-woord' 
Twijfel: 'misschien, ik denk, vermoed'

Slide 4 - Tekstslide

We kunnen beter een particulier beveiligingsbureau voor school inhuren
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel

Slide 5 - Quizvraag

De vergadering van vanmiddag zal ook wel niet op tijd afgelopen zijn
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel

Slide 6 - Quizvraag

Ik denk niet dat ik meega naar de nieuwe Bondfilm
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel

Slide 7 - Quizvraag

3) S: Er moeten geen fietsers door de onderdoorgang van het Rijksmuseum gaan rijden.

A: Het leidt zoals ook wel elders in de stad, alleen maar tot geschreeuw, zo niet erger en bevestigt dus bij toeristen dat Nederlanders een nogal bot volkje vormen.
A
Argument op basis van feiten
B
Argument op basis van levensbeschouwelijke overtuiging
C
Argument op basis van normen en waarden
D
Argument op basis van nut

Slide 8 - Quizvraag

4) S: rugzakjes grotendeels weg bezuinigen is onverstandig.

A: Ik denk dat we in de nabije toekomst meer te maken gaan krijgen met kinderen die thuiszitten omdat ze op school niet te handhaven zijn.
A
Argument op basis van feiten
B
Argument op basis van gezag
C
Argument op basis van nut
D
Argument op basis van vermoeden

Slide 9 - Quizvraag

8) S: Toch zou het antwoord eigenlijk moeten luiden dat je op school zowel een liefde voor het leren als voor democratisch burgerschap ontwikkelt.

A: Al eeuwen benadrukken filosofen, Socrates voorop, de intrinsieke waarde van het begrijpen, bestuderen, bekritiseren van de wereld om je heen voor het volledig mens zijn.
A
Argument op basis van feiten
B
Argument op basis van gezag
C
Argument op basis van nut
D
Argument op basis van onderzoek

Slide 10 - Quizvraag

9) S: Ik vind het ongepast dat de top van Sanquin zo'n drie ton verdient.

A: Natuurlijk hebben de bestuurders recht op een behoorlijk salaris, maar er is niet voor niets in de beloningscode voor zorgbestuurders een maximum salaris ingesteld.
A
Argument op basis van normen en waarden
B
Argument op basis van nut
C
Argument op basis van vermoedens
D
Argument op basis van wetenschap

Slide 11 - Quizvraag

Redeneringen
(argumenten + standpunt)

- oorzaak en gevolg
- een overeenkomst
- voorbeelden
- voor- en nadelen
- een kenmerk of een eigenschap 

Slide 12 - Tekstslide

Redenering
Op basis van oorzaak en gevolg: 
Ruud de Wild is net geopereerd. Daardoor is voor hem op dit moment radiomaken niet zo belangrijk. 

Op basis van een overeenkomst: 
Rutte zal uiteindelijk wel de langstzittende premier worden. De vorige keren dat hij zei dat het zich niet meer kon herinneren, mocht hij ook  door. 

Slide 13 - Tekstslide

Redeneringen 
Redenering op basis van voorbeelden: 
Je kunt absoluut niet op het prikbeleid rekenen. Zo hebben we deze week bijna geen vaccinaties gedaan! 

Redenering op basis van voor- en nadelen: 
Als je 4 havo overdoet, dan krijg je wel een goede basis om in 5 havo met betere cijfers te slagen. Daar staat tegenover dat je het weliswaar heel zwaar krijgt als je overgaat naar 5 havo, maar dat je ook toch een kans hebt dat je meteen slaagt. 

Slide 14 - Tekstslide

Redeneringen
Redenering op basis van kenmerk of eigenschap:
Martien Meiland staat bekend om zijn excentriciteit. Hij is dan ook niet voor niets een interessante tv-persoonlijkheid. 

Slide 15 - Tekstslide

Nu jullie! 
Aan de slag met redeneringen 

blz. 191 t/m 193
opdracht 1 t/m 5 

Slide 16 - Tekstslide