Wörter Kapitel 4 klas-2

• Duits
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Test

Wörter Kapitel 4

Lernziel

Aan het einde van deze les ken je de woorden bij het thema "Tiere" en kun je werkwoorden vervoegen in de tegenwoordige tijd.

Let op: gebruik geen hoofdletter aan het begin van de zin en geen punt aan het eind van de zin

de kat aaien

Koeien (vr)eten gras

de vissen hebben
gezwommen

de hond is lief

de wolven zijn schuw

schapen zijn vaak
zacht

de olifant is dik

ik ben in
Emmen geweest

ik verzorg de
apen

Tom houdt erg van
hamsters

de huisdieren heten
Mio und Mia

de slang is lang

paarden hebben
benen

varkens (vr)eten
fruit en groente

de cavia is schattig

spinnen zijn bruin

ik ben
gesprongen