In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
HOOFDSTUK 1
Getallen
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen 1.1:
Je leert vermenigvuldigen en delen met negatieve getallen.
Slide 2 - Tekstslide
Vermenigvuldigen met negatieve getallen.
4 keer 5 koude blokjes erbij
Temperatuur stijgt/daalt?
4 × -5 =
4 keer 5 koude blokjes eruit
Temperatuur stijgt/daalt?
-4 × -5 =
Slide 3 - Tekstslide
Vermenigvuldigen met negatieve getallen.
4 keer 5 koude blokjes erbij
Temperatuur daalt
4 × -5 = -20
4 keer 5 koude blokjes eruit
Temperatuur stijgt
-4 × -5 = 20
Slide 4 - Tekstslide
DUS:
EN:
2 × 4
8
2 × -4
-8
-2 × 4
-8
-2 × -4
8
8 : 2
4
8 : -2
-4
-8 : 2
-4
-8: -2
4
Slide 5 - Tekstslide
Leerdoelen 1.2:
Je leert de begrippen kwadraat en kwadrateren.
Je leert wat het tegengestelde van een kwadraat is.
Je leert een negatief getal te kwadrateren.
Slide 6 - Tekstslide
Kwadraten, kwadrateren en tegengestelde.
"Om de oppervlakte van een vierkant te berekenen, bereken je het kwadraat van een zijde."
Bereken de oppervlakte van dit vloerkleed met een zijde van 6 meter.
Slide 7 - Tekstslide
Kwadraten, kwadrateren en tegengestelde.
6 × 6 = 36 is korter te schrijven als:
Een kwadraat is een soort macht, net als
62=36
"6 in het kwadraat is 36"
63
Slide 8 - Tekstslide
Kwadraten, kwadrateren en tegengestelde.
6 × 6 = 36 is korter te schrijven als:
Het tegengestelde van is
Wat zou hier de uitkomst van zijn?
62=36
"6 in het kwadraat is 36"
62
−62
Slide 9 - Tekstslide
Negatieve getallen kwadrateren
= -4 × -4 = 16 = - 4 × 4 = -64
(−4)2
−42
"Het kwadraat van -4"
"Het tegengestelde van "
42
Haakjes zijn erg belangrijk wanneer je een negatief getal kwadrateert!!
Slide 10 - Tekstslide
Paragraaf 2
Kwadraat?
Tegengestelde?
Negatieve getallen kwadrateren?
102
−102
(−10)2
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Leerdoelen 1.3:
Je leert wat worteltrekken betekent.
Je leert het 'ongeveer gelijk aan'-teken te gebruiken.
Slide 13 - Tekstslide
Worteltrekken
"Om de lengte van een zijde van een vierkant te berekenen, bereken je de wortel van de oppervlakte"
De oppervlakte van dit vloerkleed is 49 vierkante meter.
Hoe lang is dan één zijde?
Slide 14 - Tekstslide
Worteltrekken
6 × 6 = 36 of
Om een getal te berekenen dat in het kwadraat 36 is moet je worteltrekken.
Worteltrekken is het omgekeerde van kwadrateren.
62=36
"De wortel
van 36 is 6"
√36=6
Slide 15 - Tekstslide
'Ongeveer gelijk aan'
De wortel van een getal is niet altijd een rond getal.
"Is ongeveer gelijk aan"
√15=3,87298334...
√15≈3,9
≈
Slide 16 - Tekstslide
Neem over en bereken:
(op de volgende slide zie je de antwoorden)
√144=
−√144=
√65≈
Slide 17 - Tekstslide
Antwoorden
√144=12
−√144=
√65≈
Slide 18 - Tekstslide
Worteltrekken
De oppervlakte van deze stoeptegel is 950 vierkante centimeter.
Hoe lang is dan één zijde van de tegel?
Antwoord
Bereken de zijde door de wortel van 950 te berekenen.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Leerdoelen 1.4:
Je leert wat machten zijn.
Je leert een getal in de wetenschappelijke notatie schrijven als een gewoon getal.
Slide 21 - Tekstslide
Machten
In de wiskunde willen we alles zo kort mogelijk schrijven...
25=
2 × 2 × 2 × 2 × 2 = 32
25
2 is het grondtal
5 is de exponent
'twee tot de macht vijf'
Slide 22 - Tekstslide
Wetenschappelijke notatie
... ook alle grote getallen willen we zo klein mogelijk schrijven.
Het getal voor de macht ligt altijd tussen 1 en 10.
102
103
104
105
106
105
100
2 nullen
1 000
3 nullen
10 000
4 nullen
100 000
5 nullen
1 000 000
6 nullen
etc
bijvoorbeeld:
3670 = 3,67 × 1000 = 3,67 ×
4,895 × = 4,895 × 100 000 = 489 500
103
Slide 23 - Tekstslide
Schrijf als gewoon getal
(Op de volgende slide zie je de antwoorden)
9,533 × 10 =
5,995 × 10 =
6
2
Slide 24 - Tekstslide
Antwoorden
9,533 × 10 = 9,533 × 1 000 000 = 9 533 000
5,995 × 10 = 5,995 × 100 = 599,5
6
2
LET OP! Gebruik in je antwoord met veel getallen nooit een onnodige komma, de komma op je rekenmachine is een zogenoemde 'leespunt' om het getal makkelijker af te lezen.
Slide 25 - Tekstslide
Kijk het volgende filmpje van 3:00 - 3:50 minuten!!
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Video
Leerdoelen 1.5:
Je leert de nieuwe volgorde van berekenen.
Slide 28 - Tekstslide
Volgorde van berekenen:
Haakjes
Wortels en machten
Keer en delen
Plus en min
En altijd van links naar rechts!
Slide 29 - Tekstslide
Van plaats wisselen
Let op!
Alleen bij optellen en vermenigvuldigen mag je de volgorde veranderen.