Zuurstof

ZUURSTOF
Verschillende wijzen van toedienen:
- zuurstofcilinder > hier moet je rekenen
- concentrator > hoef je niet rekenen
- "uit de muur"> hoef je niet te rekenen

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
VP rekenenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

ZUURSTOF
Verschillende wijzen van toedienen:
- zuurstofcilinder > hier moet je rekenen
- concentrator > hoef je niet rekenen
- "uit de muur"> hoef je niet te rekenen

Slide 1 - Tekstslide

Gevaren van zuurstof?
- brandbevorderend

Gasflessen
= samengeperste zuurstof
een handcilinder van 1 liter kan wel 50 liter zuurstof bevatten
> kan op ontploffing

Slide 2 - Tekstslide

Zuurstofcilinder

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel liter O2 bevat een cilinder?
Stelregel:
druk (= bar) x inhoud cilinder = liters

Slide 4 - Tekstslide

je hebt een handcilinder van 2 liter, de manometer geeft 150 bar aan. Hoeveel liter O2 zit er in de cilinder?

Slide 5 - Open vraag

Je hebt een cilinder van 10 liter en de manometer geeft 90 Bar aan. Hoeveel liter zuurstof heb je?

Slide 6 - Open vraag

Als je 300 liter zuurstof hebt en een zorgvrager krijgt 2 liter O2/minuut. Voor hoeveel minuten heb je zuurstof?

Slide 7 - Open vraag

Er is 900 liter O2. De zorgvrager krijgt
3 liter O2/minuut. Voor hoeveel hele uren heb je O2?

Slide 8 - Open vraag

Je geeft 50 minuten, 3 liter O2/min.
Hoeveel liter is dat?

Slide 9 - Open vraag

Tussen 19.00 en 8.00 uur geef je
2 liter O2/ minuut. Hoeveel liter O2 geef je in die tijd?

Slide 10 - Open vraag