Opdrachten schaal, oppervlakte en inhoud

Opdracht
  • Maak de volgende opdrachten en vragen.
  • Reken de antwoorden eerst uit op kladpapier.
  • Vul je berekening en je antwoorden in onder de vragen.
  • Kladblaadjes kun je bij de docent vragen.
  • Je werkt met z'n tweeën.
  • Je hebt 60 minuten de tijd.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GroenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3,4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Opdracht
  • Maak de volgende opdrachten en vragen.
  • Reken de antwoorden eerst uit op kladpapier.
  • Vul je berekening en je antwoorden in onder de vragen.
  • Kladblaadjes kun je bij de docent vragen.
  • Je werkt met z'n tweeën.
  • Je hebt 60 minuten de tijd.

Slide 1 - Tekstslide

1. Wat betekent in een tekening:
schaal 1:50

Slide 2 - Open vraag

2. Wat betekent in een tekening:
schaal 1:250

Slide 3 - Open vraag

3. In een tekening heeft een haag een lengte van 5 cm. De schaal is 1:50.
Hoeveel meter is de haag in werkelijkheid?

Slide 4 - Open vraag

4. In een tekening heeft een terras een lengte van 3,5 cm en een breedte van 7,5 cm. De schaal is 1:150.
Hoe lang is de lengte en de breedte van het terras in werkelijkheid in meters ?

Slide 5 - Open vraag

5. Een schutting is 8 meter lang.
De schaal op de tekening is 1:200.
Hoeveel centimeter wordt de schutting op de tekening?

Slide 6 - Open vraag

6. Een gazon is 15 meter lang en 13 meter breed.
De schaal op de tekening is 1:150.
Hoe lang en hoe breed wordt het gazon in de tekening in centimeters?

Slide 7 - Open vraag

Opdracht
  1. Pak een kladblaadje en een pen/potlood.
  2. Pak een meetlint of rolmaat.
  3. Schrijf op wat je moet opmeten voor de volgende 6 opdrachten.
  4. Ga naar buiten en meet alles op.
  5. Maak opdracht  7 t/m 12.

Slide 8 - Tekstslide

7. object meten en tekenen op schaal
  1. Maak een schets van de plantvakken en de vijver voor lokaal 12
  2. Meet de maten van de plantvakken en de vijver voor lokaal 12.
  3. Maak een schaaltekening van je schets en de gemeten maten.
  4. Nummer de plantvakken en de vijver.
  5. Laat je werk beoordelen door de docent.

Slide 9 - Tekstslide

8. Bereken de oppervlakte van de verschillende plantvakken en de vijver.

Slide 10 - Open vraag

9. Bereken hoeveel potgrond je nodig hebt voor ieder plantvak.

Slide 11 - Open vraag

10. Bereken hoeveel potgrond je totaal nodig hebt.

Slide 12 - Open vraag

11. Bereken hoeveel liter water er in de vijver gaat.

Slide 13 - Open vraag

12. Hoeveel m3 water gaat er in de vijver?

Slide 14 - Open vraag

Opdracht
  1. Pak een kladblaadje en een pen/potlood.
  2. Pak een meetlint.
  3. Schrijf op wat je moet opmeten voor de volgende 3 opdrachten.
  4. Ga naar buiten en meet alles op.
  5. Maak opdracht  13 t/m 15.

Slide 15 - Tekstslide

13. Geef in eigen woorden aan wat een cunet is (dit mag je opzoeken).

Slide 16 - Open vraag

14. De parkeerplaats voor school bij lokaal 5, 6 en 14 moet opnieuw worden bestraat. Het cunet wordt 30cm.
Hoeveel zand is er nodig?

Slide 17 - Open vraag

15. De parkeerplaats wordt betegeld met tegels van 30 x 30 cm..
Hoeveel tegels zijn er nodig?

Slide 18 - Open vraag