5.5 Het oog

Het oog
5.5
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het oog
5.5

Slide 1 - Tekstslide

0

Slide 2 - Video

De bouw van het oog
 In afbeelding 1 zie je de doorsnede van een oog. Lichtstralen gaan eerst door het hoornvlies. Het licht gaat verder door de pupil. De pupil is een opening in de iris. De iris is meestal blauw of bruin, soms ook groen of een beetje grijs. 

Slide 3 - Tekstslide

Regeling hoeveelheid licht
  • De pupil regelt de hoeveelheid licht dat kan binnenvallen.
  • Bij veel licht is de pupil klein.
  • Bij weinig licht is de pupil groot.
  • Dit is ook zo bij dieren.  Hier is de pupil soms heel erg groot opdat dieren ook 's nachts kunnen zien / jagen.

Slide 4 - Tekstslide

Waarom een bril?

Slide 5 - Tekstslide

negatieve lens (-)
positieve lens (+)

Slide 6 - Sleepvraag

Het oog
Stukje doorzichtig weefsel in je oog dat werkt als bolle lens.
Plaats in je oog waar het beeld ontstaat. Het netvlies zet het beeld om in een zenuwsignaal.

Slide 7 - Tekstslide

Dichtbij en veraf
  • Je oog stelt zich scherp op voorwerpen dichtbij en veraf.
  • Dit is accommoderen.

Slide 8 - Tekstslide

Afwijkingen
  • Soms is het beeld niet scherp.  Een bril kan een oplossing bieden.
  • Als je dichtbij scherp kan zien → bijziend (veraf wazig)
  • Als je veraf scherp kan zien → verziend (dichtbij wazig)

Slide 9 - Tekstslide

Bijziend

Slide 10 - Tekstslide

Verziend

Slide 11 - Tekstslide

Bijziend & Verziend

Slide 12 - Tekstslide