17-1,2,3: Hoofdzaken, bijzaken

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Welkom!

Neem blz. 30 alvast voor je. 

Dit gaat over hoofd- en bijzaken.

Terugblik

Waar ging de vorige les over?

Terugblik

Wat weet je nog van:

- oriënterend lezen

- globaal lezen

- precies lezen

- de afronding

Lesdoel blz. 30

Aan het eind van de les kun je onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken.

Hoofdzaken

= de belangrijkste informatie

• nodig om de tekst te begrijpen
  

• voorkeursplaatsen: inleiding, slot, kernzinnen, titel, tussenkopjes
  

Hoofdzaken

Belangrijk voor hoofdgedachte

Want: hoofdgedachte = belangrijkste zin / wat de schrijver zegt over het onderwerp

Bijzaken

= minder belangrijke onderdelen van de tekst

• voorbeelden
  
• een uitleg

Signaalwoorden

Er komt een uitleg of voorbeeld:

- zo

- onder andere 

- dat wil zeggen 

- je moet daarbij denk aan 

- met andere woorden

- neem nou

- bijvoorbeeld

- zoals

Signaalwoorden

Er komt een uitleg:

In Parijs zijn veel bezienswaardigheden. Dat wil zeggen dat er veel interessante dingen zijn om te bekijken.

Een recensie schrijven kan ingewikkeld zijn. Zo kun je denken aan het verwoorden van jouw argumenten.

Er komt een voorbeeld:

Er zijn veel landen waar het normaal is om laat te eten, zoals Sri Lanka en Thailand.

Er zijn veel uitstapje die gratis zijn. Neem nou een boswandeling, een dagje naar het strand of picknicken.

Kernzinnen

Elke alinea heeft er eentje.

Soort samenvatting van de alinea: het belangrijkste van de alinea.

Ze staan op de eerste, tweede OF laatste plek.

Maken/huiswerk

Blz. 30: opdracht 1 en 2

Afsluiter

Lukt dit nu?

Aan het eind van de les kun je onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken.

Je weet hoe je een korte tekst kunt samenvatten.

Hoe ging de les?

Woensdag 

Welkom!

Neem blz. 32 alvast voor je. 

Dit gaat over hoofd- en bijzaken.

Terugblik

Wat weet je nog over hoofdzaken?

En over bijzaken?

Wat weet je nog over kernzinnen?

Maken/huiswerk

Opdrachten van de vorige les nakijken: antwoorden in Teams.

Blz. 32: opdracht 3, 5 en 6. 

Verder lezen in je leesboek.