Woordenschat H1

Woordenschat H1
Vergelijkingen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Woordenschat H1
Vergelijkingen

Slide 1 - Tekstslide

Beeldspraak
Beeldspraak = het gebruiken van een beeld om iets te omschrijven. Het beeld is er op dat moment niet echt. 

Bijv.: Jouw kamer is net een zwijnenstal!

Je bedoelt letterlijk: de kamer is vies/rommelig. 
Om dit duidelijk te maken gebruik je het beeld: zwijnenstal. 

Slide 2 - Tekstslide

Vergelijkingen
Vergelijkingen zijn een vorm van beeldspraak. 
Je vergelijkt twee dingen omdat ze een overeenkomst hebben.

De kamer werd in het voorbeeld vergeleken met de zwijnenstal.
De overeenkomst is dat ze allebei vies/rommelig zijn. 

Slide 3 - Tekstslide

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo bang als een...

Slide 4 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo blind als een...

Slide 5 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo doof als een...

Slide 6 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo fris als een...

Slide 7 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo gezond als een...

Slide 8 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo nijdig als een...

Slide 9 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo slim als een...

Slide 10 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo sterk als een...

Slide 11 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo vrij als een...

Slide 12 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo ziek als een...

Slide 13 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Bloeden als...

Slide 14 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Kloppen als...

Slide 15 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Leven als...

Slide 16 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Roken als...

Slide 17 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Stelen als...

Slide 18 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Vechten als...

Slide 19 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Werken als...

Slide 20 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zwijgen als...

Slide 21 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo ... als een veertje

Slide 22 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo stijf als een...

Slide 23 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo als een pauw

Slide 24 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
... als een roos

Slide 25 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo mager als een...

Slide 26 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo dood als een...

Slide 27 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
Zo koppig als een...

Slide 28 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
zo ... als een kreeft

Slide 29 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
zo ... als een gans

Slide 30 - Open vraag

Maak de vergelijking af. Je mag het internet gebruiken.
zo ... als een tonnetje

Slide 31 - Open vraag

Vergelijkingen
Schrijf al deze spreekwoorden over in je schrift. 
Zoek de betekenis erbij op en schrijf deze erachter. 

Je hoeft dit niet te laten zien, het is wel handig voor je toets om alvast te hebben. 

Slide 32 - Tekstslide