Reactiviteit van C-verbindingen

Reactiviteit van C-verbindingen
1. Soorten reacties
Wat weet je nog van de vorige les?
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
ChemieSecundair onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Reactiviteit van C-verbindingen
1. Soorten reacties
Wat weet je nog van de vorige les?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een verzadigde en onverzadigde organische verbinding?
A
een verzadigde verbinding heeft geen dubbele bindingen
B
een onverzadigde verbinding heeft geen dubbele bindingen

Slide 2 - Quizvraag

Als de verzadigingsgraad toeneemt van het substraat betekent dit ...
A
dat er meer dubbele of drievoudige bindingen gevormd worden
B
dat er minder dubbele of drievoudige bindingen gevormd worden

Slide 3 - Quizvraag

Wanneer elk atoom een elektron krijgt na het breken van een binding spreken we over een
A
homolytische doorbraak
B
heterolytische doorbraak

Slide 4 - Quizvraag

Een nucleofiel deeltje is een
A
elektronenacceptor
B
elektronendonor

Slide 5 - Quizvraag

Een elektrofiel reagensdeeltje valt aan op ...
A
een elektronenrijke plaats van het substraat
B
een elektronenarme plaats op het substraat

Slide 6 - Quizvraag

Bij een substitutiereactie ...
A
wijzigt de verzadigingsgraad niet
B
wordt een dubbele binding gevormd
C
neemt de verzadigingsgraad toe
D
verandert het substraat grondig

Slide 7 - Quizvraag

Bij een additiereactie zal de verzadigingsgraad van een substraat ...
A
niet wijzigen
B
toenemen, want er verdwijnen dubbele bindingen
C
toenemen, want er worden dubbele bindingen gevormd
D
afnemen, want er verdwijnen dubbele bindingen

Slide 8 - Quizvraag

Een eliminatiereactie kan je onder andere herkennen aan het feit dat ...
A
er een dubbele binding verdwijnt
B
de verzadigingsgraad toeneemt
C
er een kleine molecule afgesplitst wordt van het substraat
D
een reagensdeeltje en het substraat atomen uitwisselen

Slide 9 - Quizvraag

Sleep elke reactie naar het juiste vak.
substitutie
additie
eliminatie
degradatie

Slide 10 - Sleepvraag