Er zit een verschil in zowel smaak als samenstelling. Ook de vastheid van vetten verschillen per soort.
Door de grote verschillen in temperatuurbestendigheid kunnen sommige vetten vrij hoge temperaturen verdragen zonder dat hun eigenschappen veranderen.
Dit maakt dat deze vetten geschikt zijn als bak– en braadvetten (deze verdragen een maximum temperatuur tot 130°C).
Voor sommige vetsoorten ligt de temperatuurgrens op 180°C. deze vetsoorten zijn vooral geschikt als frituurvetten.
Andere zijn totaal niet geschikt om verhit te worden. In deze groep horen de beleg- en smeervetten.