RekenQuiz
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Breuken bestaan uit...
A
Boven en onder
B
Teller en noemer
C
Naam en achternaam
D
Vier cijfers
Slide 2 - Quizvraag
Reken handig:
35x8=
(Denk aan verdubbelen/halveren)
35x8=
(Denk aan verdubbelen/halveren)
A
140
B
280
C
360
D
400
Slide 3 - Quizvraag
Bjorn meet de omtrek van zijn vaders tuin. De tuin van vader is 6m bij 4m. Wat moet Bjorn doen om de "omtrek" van de tuin uit te rekenen?
A
6+4
B
6+6+4+4
C
6x4
D
6:4
Slide 4 - Quizvraag
Rond af op 2 decimalen
6,139
6,139
A
6,1
B
6,13
C
6,14
D
6
Slide 5 - Quizvraag
Rond af op 2 decimalen 4,09712
A
4,09
B
4,10
C
4,1
D
4,11
Slide 6 - Quizvraag
Reken handig:
180:6=
180:6=
A
20
B
15
C
12
D
30
Slide 7 - Quizvraag
Jan koopt 3 kg pinda's op de markt. 1 kg kost €1,50. Wat moet hij betalen?
A
€4,50
B
€7,50
C
€10,50
D
€11,50
Slide 8 - Quizvraag
Ian heeft €350,- op zijn spaarrekening. Hij spaart €20'- per week. Hoeveel staat er na 5 weken op zijn rekening?
A
€430
B
€460
C
€470
D
€450
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het volgende getal in de reeks?
3,6,9,12,15
3,6,9,12,15
A
18
B
19
C
20
D
21
Slide 10 - Quizvraag
Een huis is 5 meter lang en 10 meter breedt, wat is de "oppervlakte" van het huis?
A
5m2
B
20m2
C
15m2
D
50m2
Slide 11 - Quizvraag
Reken handig:
48 x 4 =
(Denk aan verdubbelen/halveren)
48 x 4 =
(Denk aan verdubbelen/halveren)
A
160
B
184
C
192
D
200
Slide 12 - Quizvraag
Hoeveel cm touw heb je nodig voor de omtrek?
A
14 cm
B
8 cm
C
22 cm
D
2,2 cm
Slide 13 - Quizvraag
Hoe noem je dit ruimtelijk figuur?
A
Vierkant
B
Kubus
C
Rechthoek
D
Balk
Slide 14 - Quizvraag
Hoe noem je dit ruimtelijk figuur?
A
Rondje
B
Cirkel
C
Bal
D
Bol
Slide 15 - Quizvraag
Wat is de inhoud van deze balk?
A
34 cm
B
34 cm2
C
120cm3
D
120 cm2
