In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 150 min
Onderdelen in deze les
grasland 20-03-2023
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we vandaag doen?
Terug blik vorige week
3.3 Grasmengsels
4.1 Verschillende manieren graslandgebruik
4.2 Ruwvoerwinning
Slide 2 - Tekstslide
Welke klaver kan ik gebruiken voor het weiden van mijn koeien?
A
Witte Klaver
B
paarse klaver
C
groene klaver
D
Rode klaver
Slide 3 - Quizvraag
1
2
3
Slide 4 - Tekstslide
Hoe heten de drie typen onderdelen van gras? op volgorde
A
1. Aarpluim, 2. Pluim
3. Aar
B
1.Pluim, 2.Aar,
3. Aarpluim
C
1.Aar, 2.Pluim,
3.Aarpluim
D
1.Aar, 2.Aarpluim
3.Pluim
Slide 5 - Quizvraag
3.3 Grasmengsels
eiwit en structuur
weidegras: inhoud, goed verteerbaar, smakelijk, veel eiwit en suiker
op welke punten wordt het mengsel beoordeeld:
standvastigheid
concurrentievermogen
wintervastheid
ziekteresistentie
droge stof opbrengst
Doorschietdatum
Slide 6 - Tekstslide
Veel gebruikte grassen
Engels raaigras: meest gebruikte mengsel in meerjarig grasland. Het is smakelijk, geeft hoge opbrengsten bij zowel maaien als weiden. gevoelig voor uitwinteren en kroonroest
Timothee: zeer smakelijk, geeft hoge opbrengsten bij intensief maaien, wat minder geschikt voor beweiding
Veldbeemd: kan goed tegen droogte, gevoelig voor aantal schimmelziektes
Italiaans raaigras: tot tweejarig grasland. smakelijk, hoge opbrengst, gevoelig voor uitwinteren en kan minder goed tegen berijden
Gekruist raaigras: hoge opbrengst in de eerste jaren na inzaai. is minder standvastig dan Engels raaigras
Rietzwenkgras: hoge opbrengst, goede voorjaarsontwikkeling, alleen in jong stadium te beweiden omdat het blad snel hard en stug wordt. kan goed tegen droogte en is winterhard.
Slide 7 - Tekstslide
www.barenbrug.nl
Slide 8 - Link
4.1 verschillende manieren om grasland te gebruiken
Maaien, weidegang, hooiland, stalvoedering
Snede opbrengsten:
Weidesnede: 1700 kg ds/ha
Snede voor zomerstalvoeren: 2300 kg ds/ha
Normale maaisnede: 3000 kg ds/ha
Zware maaisnede: 4000 kg ds/ha
Slide 9 - Tekstslide
4.2 ruwvoerwinning
Belangrijke punten kwalitatief ruwvoer
Het moment van maaien
De veldperiode
De conservering
Slide 10 - Tekstslide
4.2.1 Het maaimoment bepalen
verschillende factoren:
berijdbaarheid
weersvoorspelling
kwaliteit van het gras
gras is op zijn best als het 950 VEM bevat, een eiwit gehalte van 16% en een structuurwaarde van 3 heeft = 3500 kg gras.
we letten op de volgende punten als het gaat om kwaliteit van gras:
verhouding blad en stengel
eiwitgehalte
suikergehalte
hoeveelheid droge stof
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Verhouding blad en stegel:
de bladeren van gras hebben een voederwaarde van 1000 tot 1100 VEM. in de stengels is de voederwaarde de helft minder.
Meer stengel zorgt wel voor meer structuur in de kuil maar voor minder voederwaarde.
Eiwitgehalte:
in het voorjaar is het eiwitgehalte in het gras hoog. Zodra het gras flink begint te groeien neemt het eiwitgehalte af.
Jong maaien = eiwitrijk product.
Droge stof:
belangrijke factor is de opbrengst: hoeveelheid droge stof per hectare.
bij een grashoogte van 20 tot 30 cm (rond 2000 kg tot 3000 kg ds/ha) kan de grasgroei 130 kg ds/ha per dag bedragen. Als je dus vroeg maait, dan mis je de dagen van maximale productie.
Slide 13 - Tekstslide
Suikergehalte:
belangrijke rol in het conserveringsproces.
Suikers moeten door de melkzuur bacteriën omgezet worden in melkzuur, waardoor er een stabiele kuil ontstaat. Suiker is een product van de fotosynthese. Het suikergehalte is afhankelijk van het aantal zonuren, de grassoort en het ras.
Het suikergehalte is het hoogst op het eind van een zonnige dag. 'S nachts gebruikt de plant weer een klein deel van de overdag gemaakte suikers voor ademhaling.