2.5 J + K Breuken vereenvoudigen en gelijknamige breuken optellen.

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom bij wiskunde!

Vandaag

• 2.2 Breuken vereenvoudigen en optellen/aftrekken.
• Aan de slag!

Leerdoel van vandaag

Je kunt breuken vereenvoudigen.

Je kunt helen uit de breuk halen binnen de breuk brengen.

Je kunt gelijknamige breuken optellen en aftrekken.

Breuken

Hoeveelste deel krijg jij?

Een breuk is eigenlijk een stukje pizza!

Wat is in deze breuk de noemer?

1. 3
2. 6

Wat is in deze breuk de teller?

1. 6
2. 3

De teller zegt hoeveel stukken pizza ik heb.

                                                                                                                  

De noemer zegt hoeveel stukken pizza er in totaal zijn.

Breuken

1/2 deel

3/8 deel

5/6 deel

1/4 deel

Breuken vereenvoudigen

Hoe zat het ook al weer?

​12​​8​​=​6​​4​​=​3​​2​​

1

2

Koppel de breuken die hetzelfde zijn.

Vereenvoudigen!

3/12

6/36

7/70

12/24

1/4

1/2

1/6

1/10

Gelijknamige breuken optellen en aftrekken

Voorbeeld:

​7​​3​​+​7​​2​​=​7​​3+2​​=​7​​5​​

Helen uit de breuk halen (en erin stoppen)

1​5​​4​​=​5​​9​​

Er in: vermenigvuldig de hele met de noemer             en tel er de teller bij op.

1⋅5+4=9

​5​​9​​=1​5​​4​​

Er uit: kijk hoe vaak de noemer in de teller past.                  Wat er over blijft, blijft een breuk. 

            9 : 5 = 1 rest 4

Geef het goede antwoord:

​20​​9​​+​20​​13​​=

1. ​20​​22​​
2. ​10​​11​​
3. ​40​​22​​
4. ​10​​11​​

Aan de slag!

Maken opdracht 20 t/m 27