Les 8

Les 8
  • Telefoons in de bak
  • Plek zoals op de nieuwe plattegrond (behalve bij speciale afspraak)
  • Tas naast de stoel
  • Laptop + werkboek+ leesboek op tafel
  • Gezicht naar het bord
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Les 8
  • Telefoons in de bak
  • Plek zoals op de nieuwe plattegrond (behalve bij speciale afspraak)
  • Tas naast de stoel
  • Laptop + werkboek+ leesboek op tafel
  • Gezicht naar het bord

Slide 1 - Tekstslide

Weet je onze afspraken nog?
  • We wachten met onze tas inpakken tot de docent heeft gezegd dat dit mag.
  • We lopen niet door het lokaal zonder het te vragen.

We houden ons ook aan de afspraken die er al waren:
  • Als je binnenkomt ga je zitten op je plek (plattegrond) en pak je je spullen.
  • We luisteren naar elkaar.
  • We houden het lokaal netjes.

Slide 2 - Tekstslide

Stappen bij aanspreken
  1. Doe je iets wat niet oke is > naam op het bord.
  2. Bij een waarschuwing komt er een streepje achter.
  3. 3 streepjes = nablijven in eigen tijd.

Voor degenen die ik gisteren heb gesproken gelden de afspraken die we hebben gemaakt tijdens het gesprek.

Slide 3 - Tekstslide

Programma
  • Huiswerkcheck (was t/m opdracht 8 op blz 189)
  • Nakijken
  • Nieuw onderwerp: persoonsvorm

Kader gaat aan de slag met taalverzorging grammatica.
Opdracht 1 t/m 4 (blz. 133)aan het einde van de les af, anders thuis afmaken.

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
  • Huiswerk was t/m opdracht 8 (blz. 189) afmaken.
  • Opdracht 7 (blz. 189)  bespreken.

  • We luisteren naar elkaar.
  • We lezen mee.
  • We verbeteren het antwoord zo nodig.
  • Wil je iets zeggen? > Vinger opsteken.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Slide 6 - Woordweb

Wat is een samenstelling ook alweer?

Slide 7 - Open vraag

Werkwoorden vervoegen
Bij het vervoegen van werkwoorden in de tegenwoordige tijd volgen we altijd dezelfde stappen. Hierover gaat de volgende vraag...

Slide 8 - Tekstslide

Werkwoorden vervoegen (tegenwoordige tijd)
Ik
Jij +
Hij/zij/het
Wij +
Jullie/zij (meervoud)
Stam+t
Hele werkwoord
Stam

Slide 9 - Sleepvraag

Hoe kun je ook alweer weten of een woord op een d of een t eindigt?

Slide 10 - Woordweb

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 11 - Open vraag

Persoonsvorm
Bilal houdt van sporten.
  1. Maak de zin vragend > Houdt Bilal van sporten?
  2. De persoonsvorm is het woord dat vooraan staat > houdt.

Slide 12 - Tekstslide

Soms klinkt een woord hetzelfde, maar spel je het anders.
Je moet goed kijken in welke tijd het woord staat. Bijvoorbeeld:

Isra overlegt met mij = tegenwoordige tijd.
Isra = zij, dus stam+t.

Slide 13 - Tekstslide

Maar...
Als de zin in de voltooide tijd staat, is de spelling anders, terwijl het woord hetzelfde klinkt. Kijk maar...

Isra heeft met mij overlegd.
Je hoort een t, maar je schrijft een d. Dat is omdat de zin in de voltooide tijd staat.
Voor de voltooide tijd was de regel:

  • Als de laatste letter van de stam niet in 't kofschipx zit, dan eindigt het woord op een d.
  • De stam van overleggen = overleg.
  • De g zit niet in 't kofschipx en daarom schrijf je een d. (overlegd)

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  •  Opdracht 1 (blz.190) t/m opdracht 3 (blz 191) af.
  • Vragen? Overleggen (fluisteren) met je buurman. Kom je er samen niet uit? Steek je vinger op.
  • Klaar? Verder werken tot je de paragraaf af hebt(t/m opdracht 7 op blz. 193).

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
Staat in Magister. Let op, want er staat huiswerk voor basis en voor kader.

Slide 16 - Tekstslide

Instructie jeugdjournaal
  1. We zitten met onze neus naar het bord.
  2. Je krijgt een blad met vragen
  3. Je schrijft onze naam op het blad.
  4. We luisteren en zijn stil.
  5. We schrijven de antwoorden op de vragen op het blad.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link