Bijvoeglijk naamwoord "Kein neuer Pullover"

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programma

Huiswerk vergelijken
Konjunktiv II

Het bijvoeglijk naamwoord
"Kein neuer Pullover"




Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk vergelijken

Maak de oefeningen van het PDF bestand af (Het gebruik van Konjunktiv II)

Maak de volgende oefeningen in het boek:
     Opdracht 11 en 12 op blz. 177
     Opdracht 15 op blz. 178



Slide 3 - Tekstslide

Adjektive
Bijvoeglijke naamwoorden

Slide 4 - Woordweb

2

Slide 5 - Video

00:00
Aan de slag
We gaan zo een video kijken.
Noteer alle bijvoeglijke naamwoorden, die in de video worden genoemd.

Slide 6 - Tekstslide

01:09
Welke bijvoeglijke naamwoorden
kon je horen?

Slide 7 - Woordweb

Adjektive
Bijvoeglijke naamwoorden

Der Pullover ist viel zu groß.
Ich finde den Pullover nicht so schön.
= prädikativ

Das ist kein neuer Pullover.
Du brauchst ein schickes Hemd, einen warmen Pullover und eine schöne Hose.
= attributiv
Leerboek blz. 253

Slide 8 - Tekstslide

Attributive Adjektive
Het bijvoeglijk naamwoord (Adjektiv) geeft een eigenschap van een zelfstandig naamwoord aan en krijgt een uitgang!

De uitgang is afhankelijk van:
1. Het woord dat eraan voorafgaat
2. De naamval van de woordgroep
3. Het getal (enkel- of meervoud)
4. Het geslacht van het zelfstandige naamwoord



Leerboek blz. 253/254

Slide 9 - Tekstslide

Die Deklinationen
De uitgangen (3)
De der-groep
(schwache Adjektivdeklination)

De ein-groep
(gemischte Adjektivdeklination)

De nichts-groep
(starke Adjektivdeklination)

Zo als altijd zijn alleen de 1e, 3e en 4e naamval te leren!



Leerboek blz. 253/254

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag met grammatica
Maak de volgende opdrachten
(Adjektiv - Oefeningen 1 t/m 11)
Leerboek blz. 253/254 

Slide 11 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 12 - Woordweb

Wat gaan we volgende keer doen?
Het bijvoeglijk naamwoord
oefenen

Slide 13 - Tekstslide