Djembé

Djembé - Percussie - Ritme
Wat gaan we doen?
1. Kennismaken met de Djembé (ook in moderne muziek!)
2. Ritmes spelen/Polyritmiek
3. Improviseren / zelf een korte solo bedenken en spelen
4. Samen een korte Performance in elkaar zetten aan de hand van de 4 aangeleerde ritmes
Einde workshop ;)
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 8 videos.

Onderdelen in deze les

Djembé - Percussie - Ritme
Wat gaan we doen?
1. Kennismaken met de Djembé (ook in moderne muziek!)
2. Ritmes spelen/Polyritmiek
3. Improviseren / zelf een korte solo bedenken en spelen
4. Samen een korte Performance in elkaar zetten aan de hand van de 4 aangeleerde ritmes
Einde workshop ;)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Basis Techniek Djembé
1. Bas toon - B
2. Open toon - T
3. Slap toon - S

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Ritme 1 | B  -  -  T | B  -  T  |
Ritme 2 | T -  B B | T T B - |
Ritme 3 | B T T B | T T B T |
Ritme 4 | B T T B | T T B S |


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Wat is een ritme?

Slide 10 - Woordweb

Wat is een ritme?
Een ritme is de afwisseling van korte en lange tonen. Dit kan worden gespeeld door een ritme-instrument, maar ook door een melodie-instrument. Wanneer een melodie-instrument een ritme speelt hoor je ook lage en hoge tonen. Wanneer een ritme-instrument een ritme speelt, hoor je alleen korte en lange tonen. 

Slide 11 - Tekstslide

Slaginstrumenten
Slagwerk wordt ook percussie genoemd. 
De meeste trommels zijn ritmisch slagwerk . Je kunt hier alleen korte en lange tonen op spelen, maar geen verschillende toonhoogtes. Dat kan wel bij melodisch slagwerk: xylofoon, klokkenspel, marimba, etc. 

Slide 12 - Tekstslide

Muzikale lagen
Melodielaag: zang (of instrumentaal)
(Tegenstemmenlaag): achtergrondkoor of 2e melodie
Akkoordenlaag: meerdere tonen tegelijk  (piano, gitaar, etc.)
Baslaag: lage tonen (meestal: basgitaar of contrabas)
Ritmelaag: ritme gespeeld op een drumstel of andere percussie-instrumenten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Maak je eigen ritme (zelf)
Je ritme moet 8 tellen duren. Maak een ritme dat je ook echt kunt uitvoeren en kunt volhouden.

Slide 15 - Tekstslide

Trommels
De instrumenten die je net zag noemen we ook wel percussie-instrumenten. Natuurlijk is een trommel het bekendste ritme-instrument dat we kennen. Een trommel is een cilindervormig instrument met daarover een vel gespannen. We gaan kijken naar een live optreden van Gloria Estefan. 

Slide 16 - Tekstslide

Latin
De muziek van Gloria Estefan valt onder Latin muziek. Latin komt oorspronkelijk uit Latijns-Amerika en bevat veel ritme.




Er zitten dan ook veel trommels en andere percussie-instrumenten in en is lekker dansbaar. Weet jij de namen van de trommels?  

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Polyritmiek
In Afrikaanse muziek worden heel veel ritmes door elkaar gebruikt. Voor ons Europeanen klinkt dat soms verwarrend en alsof alles door elkaar loopt. Verschillende ritmes tegelijk gespeeld heet 'Polyritmiek'.

Slide 19 - Tekstslide

Ritmes herkennen
Noten hebben bepaalde lengtes en wanneer je verschillende noten achter elkaar zet krijg je een bepaald ritme.
 
Voordat we dat gaan doen eerst even testen of jij nog weet hoe de ritme noten heten!

Slide 20 - Tekstslide

Wat ga je leren?
   -Wat een ritme is                                      
-verschillende ritme-instrumenten
-Bestaan van Latin muziek                  
-Ritme noten herhalen                          
-Ritmes herkennen                                 
-Zelf een ritme maken                           

Slide 21 - Tekstslide

MAATSOORTEN
3/4 = 3 tellen in de maat
4/4 = 4 tellen in de maat
2/4 = 2 tellen in de maat

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide