Tekstopbouw

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Leesvaardigheid

Lesdoel:

Ik weet hoe een tekst is opgebouwd

en kan de vragen bij een vraag beantwoorden.

Opbouw van een tekst

Een tekst is opgebouwd in drie verschillende onderdelen:
- Inleiding
- Kern
- Slot

De inleiding

• Kennismaking met het onderwerp:
  - Met een voorbeeld
  - Met een grappig verhaaltje
  
• De inleiding bestaat meestal uit één alinea.

De kern

• Grootste gedeelte van de tekst
• Meerdere alinea's
• Deelonderwerpen
  

Het slot

• De tekst wordt samengevat
• Het belangrijkste wordt herhaald
  

Nieuwsbericht

Let op: een nieuwsbericht bestaat uit een inleiding en kern. Geen slot!

Het belangrijkste staat in de inleiding, verdere informatie in de kern.

Alle teksten hebben een inleiding - middenstuk - slot

1. Waar
2. Niet waar

Kies het juiste woord:

In een inleiding maak je kennis met het onderwerp van de tekst.

1. waar
2. niet waar

Waar vindt je het onderwerp van de tekst?

1. 3e alinea
2. in de bron
3. in de titel
4. in een tussenkopje

Wat staat meestal de bron van een tekst?

1. onderaan de tekst
2. in de titel
3. bovenaan de tekst
4. nergens

 verkennend lezen

Wat voor soort tekst is dit?

1. het is een krantenbericht
2. het is een reclametekst
3. het is een strip
4. het is een tekst uit een schoolboek

Lees je wel eens dit soort teksten? waarom wel / niet

Lees de tekst verkennend.

Wat is het onderwerp van deze tekst? (dus.... waar gaat de tekst over?)

Wat is het doel van deze tekst?

1. de mensen overhalen
2. de mensen amuseren
3. de mensen informeren

Hoeveel alinea's heeft deze tekst?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

kijk goed!

Welke alinea('s) horen bij de inleiding / het middenstuk of het slot?

Sleep ze naar de goede plaats. 

inleiding

middenstuk

slot

alinea 1

Na obesitas is er nu...

alinea 2

Journalist Mike Calis...

alinea 3

Jongeren die aan...

alinea 4

Het klinkt als een...

alinea 5

En Calis en Kisjes...

Alinea 2:
De schrijvers beweren dat voor veel jongeren het gevaar dreigt dat dat steeds meer jongeren een toenemende druk ervaren om altijd maar online te zijn.
Wat bedoelen de schrijvers hiermee?

Hoeveel voorbeelden van sociale media worden in de tekst genoemd?

zoek vooral in alinea 1

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Denk je dat de informatie in deze tekst betrouwbaar is?

Waarom wel / niet

Nadelen van sociale media

Voorkomen van socialbesitas

Uitleg socialbesitas

Druk door sociale media

Voordelen van sociale media

alinea 1

alinea 2

alinea 3

alinea 4

alinea 5

Het was gemakkelijk om het deelonderwerp van de laatste alinea te vinden. Waarom?

Bedenk zelf 4 deelonderwerpen bij:
'gezond eten'

Hoe vond je deze les?
Heb je tips?
Heb je iets nieuws geleerd?
Was je er veel tijd aan kwijt? ………. laat maar weten!

Sluit deze les af met een x

Tot de volgende les.