VMBO TL 4 Water in NL Hfs.7 paragraaf 3 + 4

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 7

Lesplanning

• Herhaling van de vorige les (quiz)
• Uitleg over §3 + 4
• Aan de slag!

Het naar de bodem zakken van klei en slib noem je...

1. erosie
2. verwering
3. verslibbing
4. sedimentatie

Hiernaast zie je 2 wielen, die zijn onstaan/gemaakt door...

1. boeren, zo hebben de koeien te drinken
2. door heftige regenval
3. ontstaan bij een dijkdoorbraak
4. omhoogstromend grondwater

Door afwatering zakt de bodem van veenpolders in, dat proces noem je

1. verklinking
2. verstening
3. inklinking
4. instening

Wat voor een soort polder zie je hiernaast?

1. veenpolder
2. droogmakerij
3. zeepolder
4. landpolder

Dit is een foto in Flevoland. Wat voor polder zie je hier?

1. zeepolder
2. veenpolder
3. droogmakerij
4. landpolder

Welk begrip past het beste bij de afbeelding?

1. Sluis
2. Bemaling
3. Natuurlijke afwatering
4. Riviermonding

Herhaling H7 §2

Bemaling

Het wegpompen van water uit een polder

Boezem

Tijdelijk opslaggebied van water dat bestaat uit kanalen en meren

Kwel

Het stromen van grondwater

Hoofdstuk 7: Water

§3: Watergebruik en waterwinning

§4: Waterkwaliteit en waterkwantiteit

7.3 Watergebruik en waterwinning

1. Watergebruik
2. Drinkwaterwinning
3. Water uit de duinen

Zoetwater=niet zout water, het smaakt 

NIET  zoet...

Zoutwater=zout....

1.Watergebruik

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen:

*drinkwater=water wat je thuis gebruikt

*industrieel watergebruik=drinkwater gebruikt in fabrieken

*proceswater=water waarmee flessen, aardappels etc etc worden schoongemaakt. Ook koelwater is proceswater Hiervoor is geen drinkwater nodig.

1.Watergebruik

watervoetafdruk

2.Drinkwaterwinning

1. Uit grondwater
2. Uit oppervlaktewater 
3. (=beekjes, rivieren etc.)

2. Uit grondwater

Regenwater zakt langzaam de grond in (infiltratie)en zakt naar een waterdragende laag. De grond heeft een filterende werking.

2.Uit oppervlaktewater

Oppervlaktewater=rivieren, meren etc. Dat water moet men eerst heel goed zuiveren voordat het te gebruiken is als drinkwater

3.water uit de duinen

In/onder de duinen is veel zoetwater te vinden. Dat het zoet is heeft ook te maken met de grondsoort: zand. Zand heeft een goede doorlaatbaarheid. (In tegenstelling tot klei)

3.Water uit de duien

Zout water is zwaarder dan zoet water. Zoet water drijft dan ook op zoutwater. Dat noemen ze ook wel een zoetwaterzak.

Het zoete water wordt soms aangevuld met oppervlaktewater

Aan de slag!

Maken van hoofdstuk 7:

§3 opdrachten 1a/3a/3b/4a/7a/9a

§4 opdrachten