Alright Unit 6

Alright Unit 6
Let's have a look at things you need to know in Unit 6
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 39 min

Onderdelen in deze les

Alright Unit 6
Let's have a look at things you need to know in Unit 6

Slide 1 - Tekstslide


De auto van mijn vader.
A
The car from my father
B
The car of my father
C
My father's car
D
My fathers' car

Slide 2 - Quizvraag

De auto van Charles
A
Charles' car
B
Charles's car
C
The car of Charles
D
The car from Charles

Slide 3 - Quizvraag

De deur van het huis.
A
The house's door
B
The door of the house
C
The door from the house
D
The

Slide 4 - Quizvraag

Bezit: Wat is de regel?
Gebruik bij bezit van een persoon of dier ’s of ’

Slide 5 - Tekstslide

Bezit: Wat is de regel?
Personen, namen en dieren in het enkelvoud                                    ’s
Personen, namen en dieren in het meervoud, niet eindigend op -s                                                                                                                              ’s
Personen, namen en dieren in het meervoud eindigend op -s   

Slide 6 - Tekstslide

Bezit: Wat is de regel?
Gebruik bij bezit en onderdelen van dingen of geografische locaties                                               … of …

Slide 7 - Tekstslide

Vertaal: het boek van mijn zus

Slide 8 - Open vraag

Vertaal: de tuin van mijn ouders

Slide 9 - Open vraag

Vertaal: het slot van de deur

Slide 10 - Open vraag

Past simple
Which is correct?
A
Did he stayed a your place last night?
B
Did he stay at your place last night?
C
Stayed he at your place last night?
D
Does he stay at your place last night?

Slide 11 - Quizvraag

Past simple
Which is correct?
A
He didn't stay at my place.
B
He didn't stayed at my place.
C
He stayed not at my place
D
He doesn't stay at my place.

Slide 12 - Quizvraag

What is the past tense( verleden tijd)of
give

Slide 13 - Open vraag

What is the past tense of:
think

Slide 14 - Open vraag

What is the past tense of
know

Slide 15 - Open vraag

What is the past tense of
go

Slide 16 - Open vraag

Answer the question in a complete sentence:
What did you do last weekend?

Slide 17 - Open vraag

What didn't you do last weekend?

Slide 18 - Open vraag

Het werkwoord to be heeft twee vormen in de verleden tijd. Welke?

Slide 19 - Open vraag