Antwoorden werkboek ET 22
Bij ET 22 p 64
1 Oude economie: geld is een ruilmiddel: je verkoopt waar, ontvangt geld en koop daarvoor andere waar (w-g-w).
Kapitalisme: geld is doel op zich: een kapitalist heeft geld, koopt waren met de bedoeling daarmee nog meer geld te verdienen (g-w-g).
Arbeidsomstandigheden (vrije dagen, werkruimte, hygiëne etc.) worden slechter door bezuiniging, arbeidsproductiviteit wordt opgevoerd mbv efficiënte technologie.
2 Door concentratie van productiemiddelen in de handen van enkele privébezitters, worden niet-bezitters voor hun inkomen van hen afhankelijk en moeten door de onderlinge concurrentie van de eigenaren van de productiemiddelen tegen heel lage lonen gaan werken. Zij raken vervreemd van arbeid, product, zichzelf, lichaam en natuur; ergo: geen goed leven.