7. recreatie en ongevallen

Holiday
Reisverzekering
Caravanverzekering
Pleziervaartuigen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
JuridischHBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Holiday
Reisverzekering
Caravanverzekering
Pleziervaartuigen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reisverzekering
Bagage
  • Geneeskundige kosten
  • Tandheelkundige kosten
  • Buitengewone kosten
  • Kosten hulpverlening
  • Schade aan logiesverblijven 

Slide 2 - Tekstslide

Aflopend of doorlopend. Afhankelijk van hoe vaak op vakantie

Geneeskundige kosten: voor de kosten hoger dan in Nederland
Tandheelkundig: alleen door ongeval
Buitengewone kosten: overkomen van een familielid, opsporingskosten, vervoer overledene naar huis
Kosten hulpverlening:vervoer, overbrengen medicijnen etc. 
Schade aan logies: op avp alleen brand- en waterschade.

Convenant samenloop
Apart convenant tussen reis- en zorgverzekering
  • De klant kan kiezen
  • Eerst aangesproken verzekeraar regelt alles
  • Na afwikkeling onderling verrekenen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afwikkeling
Op basis zorgverzekering verzekerd? zorg 100%
Niet op reis- maar wel op aanvullende zorg? zorg 100%

Op zowel reis- als aanvullende zorg? 50/50

Slide 4 - Tekstslide

Repatriëring is bij zorg anders dan bij reis. In overleg met de verzekeraar regelen
Annuleringsverzekering
Vooraf niet doorgaan van de reis
  • Tijdens reis afbreken
  • Specifieke gebeurtenissen: limitatieve dekking

  • Afsluiten binnen een week na boeking

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Vaargebied
Ongevallenverzekering
Sommenverzekering!
op 1 deeltje na

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrip ongeval
Plotseling
  • van buiten komend
  • inwerkend op lichaam
  • rechstreeks medisch vast te stellen letsel
  • Bepaal bij de volgende sheets of er sprake is van een ongeval

Slide 8 - Tekstslide

buiten de wil van de verzekerde


Kim fietst langs een bedrijf waar net giftige dampen uit ontsnappen. Daardoor loopt zij letsel op.
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quizvraag

Ja acute vergiftiging door ongewild binnenkrijgen van gassen, dampen of vloeibare stoffen

Daniël zwom in water en heeft daardoor de ziekte Van Weil opgelopen
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

Besmetting moet gevolg zijn van een onvrijwillige val in water, dan wel andere stof. Ook wanneer een dier of mens wordt gered (dan is het immers vrijwillig)

Cora heeft verkeerde medicijnen ingenomen waardoor zij aantoonbare hersenschade oploopt
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag

Er is sprake van acute vergiftiging, maar daarvan is uitgesloten gebruik van genees- genot- of narcosemiddelen
Bij Ramon vliegt een meerkoet door de voorruit van de auto. De snavel komt recht in zijn oog
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens een etentje slikt Simon per ongeluk een scherp botje door waardoor zijn slokdarm perforeert
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Het binnenkrijgen van stoffen of voorwerpen (ongewild en plotseling) in spijsverteringskanaal, luchtwegen, ogen of genoororganen
Tijdens het voetballen scheurt bij Marlice de knieband
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quizvraag

Het binnenkrijgen van stoffen of voorwerpen (ongewild en plotseling) in spijsverteringskanaal, luchtwegen, ogen of genoororganen
Cilla is op straat gevallen, waarbij zij een open wond opliep. Deze wond leidt tot bloedvergiftiging
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Philip wordt gereanimeerd. Door de reanimatie breekt hij twee ribben
A
ja
B
nee

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aron verdwaalt in de Sahara waardoor hij verdorst
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rubrieken
Rubriek A: overlijden
Rubriek B: blijvende invaliditeit
Rubriek C: periodieke uitkering bij arbeidsongeschiktheid 
Rubriek D: medische kosten

Slide 18 - Tekstslide

Bij overlijden binnen 48 uur voor begrafenis of crematie melden. 

Eerst op grond van B al ontvangen en dan nog overlijden: Lagere uitkering A. 
Op B meer betaald dan op A verzekerd? Dan hoef je niet terug te betalen.
Rubriek B
Blijvende FUNCTIONELE invaliditeit

Blijvend verlies
Blijvend functieverlies

  • Los van het beroep. Wat de verzekerde doet, heeft geen invloed op de hoogte uitkering

Slide 19 - Tekstslide

Verzekerde moet aantonen:

Blijvend functionele beperking uitsluitend door ongeval
Geen gevolg van ziekte 
Alle voorschriften van artsen gevolgd 

Uitgangspunt uitkering wanneer ongeval geen relatie heeft tot eerdere beperking: Alsof hij gezond iemand is. Dus iemand in rolstoel krijgt bij verlies van been evenveel als een hardloper


Dominique verliest door ongeval een wijs- en middelvinger. De verzekerde som is € 40.000,00. Voor een wijsvinger geldt een uitkeringspercentage van 15% en voor de middelvinger 12%. Hoe hoog wordt de uitkering?

Slide 20 - Open vraag

40.000 x 27% = 10.800,00
Rubriek C en D
C: door ongeval tijdelijk arbeidsongeschikt
Periodieke uitkering per dag tot hij beter is óf
uitkering op basis van B is gedaan
D: Dit is een SCHADE rubriek
Vaak maximaal € 500,00 en secundair (zorgverzekering gaat voor)

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fiscale gevolgen
Premie rubriek C

Omdat het een inkomensvoorziening is: Box 1
  • Premie aftrekbaar
  • Uitkering belast 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Losse weetjes
Onopzegbare verzekering (alleen bij premieachterstand)
  • Verzekerde som: verhouding A en B = 1:3
  • Verzekerde som kan cumulatief worden verhoogd (5%)
  • Motorrijden: onder 23 jaar geldt voor motorrijden op motorfiets vanaf 50cc een premietoeslag
  • Acceptatie stopt bij 64 jaar, bij 70 jaar einde dekking
  • Gebruik van gevarenklassen (administratie/dokwerker)

Slide 23 - Tekstslide

Is A voor € 20.000, dan B voor € 60.000

Verhoging is om de inflatie voor te zijn